Ingediend | 7 maart 2012 |
---|---|
Beantwoord | 27 maart 2012 (na 20 dagen) |
Indiener | Tanja Jadnanansing (PvdA) |
Beantwoord door | Halbe Zijlstra (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (VVD) |
Onderwerpen | hoger onderwijs onderwijs en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z04441.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-1989.html |
Een bewuste keuze van studenten voor een vervolgopleiding is goed voor de Nederlandse economie. Na afronding van een bacheloropleiding, los van de vraag of dat een hbo of een universitaire bacheloropleiding is, is het van belang dat een student bewust kiest welke vervolgstap voor hem of haar het beste is. De langstudeermaatregel beoogt daaraan bij te dragen. Dus als bachelor-studenten zeggen: «ik weet nog niet zeker of ik wel een masteropleiding wil volgen, ik ga eerst werken», dan vind ik dat een bewuste keuze van de student. Deze studenten kunnen altijd later nog besluiten of ze een masteropleiding willen gaan doen.
In het aangehaalde artikel is een beeld neergezet dat 8% van alle bachelorstudenten door de langstudeermaatregel zou afzien van een masteropleiding. Ik kan mij dat moeilijk voorstellen. Desgevraagd hebben de onderzoekers in alle openheid inzage gegeven in de onderliggende (geaggregeerde) gegevens. Daaruit is de onderstaande tabel samengesteld. De onderzoekers hebben de juistheid ervan bevestigd.
Ja
Ja
82
6%
130
6%
Nee
105
7%
47
2%
Weet niet
196
14%
105
5%
Totaal
383
27%
282
13%
Ja
Nee
388
28%
1 748
78%
Nee
247
18%
89
4%
Weet niet
386
27%
111
5%
Totaal
1 021
73%
1948
87%
Totaal
1 404
100%
2 230
100%
Tabel 1: Gerapporteerde gegevens, bewerking OCW.
Hieruit komt het beeld naar voren dat slechts 2% van de wo-bachelorstudenten nu aangeeft dat ze niet van plan zijn om een master of andere vervolgopleiding te doen én dat dit komt door de langstudeerdersmaatregel. Groter is het percentage studenten dat aangeeft niet te weten of ze een master of andere vervolgopleiding gaan doen én dat dit door de langstudeerdersmaatregel komt (5% van de wo-bachelorstudenten). Nog los van de vraag wat studenten daadwerkelijk gaan doen, geeft deze uitkomst niet het beeld dat de langstudeerdersmaatregel een grote belemmering voor het volgen van een master zou zijn.
Zie hiervoor het antwoord op vraag 1.
Op dit moment gaat slechts een zeer beperkt deel van de studenten met een universitaire bachelorgraad de arbeidsmarkt op. Wel is het zo dat tal van studenten met een wo-bachelorgraad een eigen onderneming, studiegerelateerde bijbanen of onderzoeks- of ontwerpopdrachten weten te genereren.
Ik hecht er bij alle opleidingsvormen aan dat leerlingen en studenten deze voltooien. Ik ga ervan uit dat leerlingen en studenten ook daaraan hechten. Overigens is de bachelor een aparte opleiding en is er ook in dit artikel geen sprake van het voortijdig stoppen van deze opleiding.