Ingediend | 23 november 2011 |
---|---|
Beantwoord | 24 november 2011 (na 1 dagen) |
Indiener | Khadija Arib (PvdA) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | burgerlijk recht recht strafrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z23844.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-730.html |
Ja.
Zie antwoord vraag 1.
Het desbetreffende bestuurslid van de vereniging Martijn heeft zich onder meer – aan de hand van hem voorgehouden casusposities – in algemene zin uitgelaten over de toelaatbaarheid van het door volwassenen met of in het bijzijn van kinderen verrichten van seksuele handelingen. Ik heb eerder al aangegeven dat ik het streven van deze vereniging en haar activiteiten ten zeerste afkeur. Dat geldt ook voor de genoemde uitspraken. Dergelijke algemene uitspraken, hoe verwerpelijk ook, vallen echter niet onder de werking van de strafwet.
Ik wijs er met nadruk op dat wanneer een persoon bij het doen van bepaalde uitspraken het opzet heeft op het daadwerkelijk bevorderen van het seksueel misbruiken van een kind, strafrechtelijk kan en zal worden opgetreden.
De Nederlandse strafwetgeving biedt ruime bescherming tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik van kinderen en kinderpornografie. Deze wetgeving biedt de bescherming die het Verdrag van Lanzarote beoogt. Nederland voldoet dan ook ten volle aan zijn verdragsverplichtigen.
Het Openbaar Ministerie heeft gemotiveerd aangegeven waarom de vereniging Martijn thans niet strafrechtelijk wordt vervolgd. Ik heb uw Kamer daarover schriftelijk geïnformeerd2. Het Openbaar Ministerie blijft de vereniging onverminderd nauwlettend in de gaten houden. Wanneer blijkt dat de vereniging de grenzen van de strafwet overtreedt zal het OM vervolging instellen.
Zie antwoord vraag 4.
De vragen zijn zo spoedig mogelijk beantwoord.