Ingediend | 16 november 2011 |
---|---|
Beantwoord | 15 december 2011 (na 29 dagen) |
Indieners | Tanja Jadnanansing (PvdA), Anne-Wil Lucas-Smeerdijk (VVD) |
Beantwoord door | Halbe Zijlstra (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (VVD) |
Onderwerpen | hoger onderwijs onderwijs en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z23191.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-939.html |
Ja.
In september 2010 is het voorstel van Hogeschool Leiden ontvangen voor een pilot met voortgangstoetsen. De kosten van dit voorstel zijn € 2,1 miljoen, waarvan € 1,4 miljoen door OCW te subsidiëren. Ook Hanzehogeschool Groningen en Hogeschool Zuyd participeren in dit plan. Hierover is vervolgens met Hogeschool Leiden van gedachten gewisseld. Op de begroting van OCW waren op dat moment geen middelen gereserveerd voor een dergelijk plan.
In oktober 2010 is het overleg met de betreffende instelling stil komen te liggen, aangezien toen het onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar alternatieve afstudeertrajecten in volle gang was. Onderdeel daarvan was de toetsingspraktijk. Het was op dat moment van belang eerst de resultaten van het onderzoek af te wachten en aan de hand van de conclusies passende algemene beleidslijnen met betrekking tot de praktijk van toetsing te ontwerpen, waarmee de initiatieven zoals die van Hogeschool Leiden beter beoordeeld en ondersteund kunnen worden.
Vervolgens heb ik op basis van de conclusies van de Inspectie van het Onderwijs en de NVAO in mei 2011 in mijn beleidsreactie (Kamerstuk 31 288, nr. 67) geconcludeerd dat de praktijk van toetsing verbeterd moet worden. Hiervoor heb ik inmiddels voor de jaren 2012 tot en met 2015 in totaal € 8 miljoen beschikbaar gesteld. Hierbij is mijn streven dat deze (beperkte) middelen op duurzame en effectieve wijze worden ingezet, voortbouwend op al geboekte resultaten.
Zie het antwoord op vraag 2.
Er staat de instelling niets in de weg het plan zelfstandig op te pakken zoals dat in het verleden is gebeurd bij vijf medische faculteiten verbonden aan universiteiten. Zie verder het antwoord op vraag 2 voor de wijze waarop ik dergelijke initiatieven wil ondersteunen.