Ingediend | 20 oktober 2011 |
---|---|
Beantwoord | 4 november 2011 (na 15 dagen) |
Indiener | Wim Kortenoeven (PVV) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z20600.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-566.html |
Ik heb met zorg kennis genomen van de berichtgeving over de gebeurtenissen in Papoea op 19 oktober jl. Deze zorg is kenbaar gemaakt aan de Indonesische autoriteiten. Daarbij is nadere informatie gevraagd over de toedracht van de gebeurtenissen in Papoea.
De Indonesische autoriteiten, de officiële mensenrechtencommissie Komnasham en de internationale mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch hebben inmiddels meegedeeld onderzoek te doen naar de toedracht van de gebeurtenissen.
Zie antwoord vraag 1.
Nederland volgt de zaak van de gearresteerde Papoea’s nauwlettend. Indien de ontwikkelingen daartoe aanleiding geven zal ik mij tot de Indonesische autoriteiten wenden.
Nederland erkent de nationale soevereiniteit en territoriale integriteit van Indonesië. De provincies Papua en West-Papua zijn onderdeel van de republiek Indonesië. Nederland streeft in de samenwerking met Indonesië ten aanzien van de provincies Papua en West-Papua naar een effectieve en volledige implementatie van de Speciale Autonomiewet voor Papua (OTSUS) van 2001. Voor het Nederlandse standpunt verwijs ik naar een eerdere Kamerbrief over dit onderwerp (bijlage)3.
Het inwinnen van informatie over de gebeurtenissen vergde de nodige tijd. Het is om die reden niet gelukt om de vragen voor dinsdagochtend 25 oktober te beantwoorden.