Ingediend | 6 oktober 2011 |
---|---|
Beantwoord | 4 november 2011 (na 29 dagen) |
Indiener | Wim Kortenoeven (PVV) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z19563.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-567.html |
Ja.
Volgens de VN Hoge Commissaris voor Godsdienstvrijheid blijft in India – het land met het grootste aantal religies binnen zijn grenzen – het risico op onderlinge twisten groot.
India kent een groot aantal wetten en instituties ter bestrijding van discriminatie. Desondanks zijn vooroordelen over en tussen minderheden, lagere kasten en arme bevolkingsgroepen diep geworteld.
De Indiase regering onderkent dat de lokale regeringen en overheden vaak traag reageren in reactie op interreligieus geweld. Ook zijn de rehabilitatie (schadevergoeding en terugkeer) en verzoening na afloop van een geweldsuitbarsting niet altijd bevredigend.
Tijdens mijn bezoek aan India op 5 juli jl. besprak ik met mijn Indiase collega Krishna de prioriteiten van het Nederlandse mensenrechtenbeleid, waaronder de vrijheid van godsdienst. Daarbij heb ik aangegeven dat het Nederlandse mensenrechtenbeleid zich richt op constructieve samenwerking, waarbij de standaarden van de Internationale Verdragen leidend zijn.
Zie antwoord vraag 3.
Nee, de positie van de Indiase christenen is niet specifiek aan de orde bij deze onderhandelingen. Het is wel de Nederlandse en EU inzet dat de «politieke clausules», inclusief de mensenrechtenclausule, in de relatie met India een plek krijgen. Daarnaast voert de EU op verschillende niveaus (o.m. de jongste EU-Indiatop) een dialoog met India over mensenrechten. Daarbij komt ook de positie van religieuze minderheden, waaronder christenen, aan de orde.