Ingediend | 3 oktober 2011 |
---|---|
Beantwoord | 9 november 2011 (na 37 dagen) |
Indieners | Jasper van Dijk , Frans Timmermans (PvdA), Angelien Eijsink (PvdA), Arjan El Fassed (GL), Wassila Hachchi (D66) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | defensie internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z19155.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-610.html |
Nederland zal tijdens de Toetsingsconferentie van de CCW aandringen op universalisering van de Conventie en rapporteren over de nationale implementatie. Het belangrijkste onderwerp is het conceptprotocol VI inzake een deelverbod op clustermunitie. Nederland wil een Protocol VI met zo groot mogelijke reikwijdte, waarin een totaalverbod van clustermunitie expliciet als einddoel wordt opgenomen.
Nederland beschouwt clustermunitie als een wapen dat onaanvaardbaar humanitair leed veroorzaakt. Een Protocol inzake een deelverbod op clustermunitie kan de kans op humanitair leed verkleinen. Landen als Rusland, de VS, China, India en Pakistan bezitten wereldwijd het overgrote deel van de bestaande voorraden clustermunitie. Deze landen hebben aangegeven vooralsnog niet toe te zullen treden tot de Conventie inzake Clustermunitie (CCM) en voeren hier militair-strategische redenen voor aan. Juridische gebondenheid van deze landen aan een beperkende norm voor het gebruik van dit wapen is een stap vooruit ten opzichte van de huidige situatie.
Protocol VI kan in de praktijk een positief effect hebben, ook al gaat de tekst van het Protocol minder ver dan de CCM.
Nederland benadrukt de wenselijkheid van universalisering van de CCM in multilaterale fora en in bilaterale contacten met staten die nog geen partij zijn. Nederland zal zich inzetten voor een toevoeging in Protocol VI die de norm van een totaalverbod op clustermunitie onderschrijft.
Nederland streeft ernaar de onderhandelingen over Protocol VI succesvol af te ronden. Indien dit niet lukt, zal Nederland een breed gedragen politieke verklaring overwegen.