Ingediend | 29 juli 2011 |
---|---|
Beantwoord | 22 september 2011 (na 55 dagen) |
Indiener | Coşkun Çörüz (CDA) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid staatsveiligheid terrorisme |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z15830.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-47.html |
Ja.
Op 20 januari 2010 hebben de toenmalige ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Justitie de Tweede Kamer geïnformeerd over de motie-Çoruz. In deze kabinetsreactie (TK 29 754, nr. 179) is vermeld dat het gebruik van AIVD-informatie voor de beoordeling van een aanvraag voor een wapenvergunning oneigenlijk zou zijn.
De AIVD kan, op grond van zijn huidige taakopvatting, slechts persoonsgegevens verwerken van personen die aanleiding geven tot het ernstige vermoeden dat zij een gevaar vormen voor de democratische rechtsorde, dan wel voor de veiligheid van de staat (artikel 13 van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten). De AIVD is bevoegd om in het kader van zijn taakuitvoering zijn gegevens met anderen te delen (artikel 36 WIV). Indien de AIVD een geweldsdreiging die uitgaat van een bepaalde persoon waarneemt, of vermoedens daaromtrent heeft (bijvoorbeeld naar aanleiding van wapenbezit), wordt dit standaard via ambtsberichten gedeeld met betrokken partijen.
Voor de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding geldt dat deze, op grond van zijn huidige taakopvatting, zelf geen onderzoek doet en daarom ook niet over dergelijke «lijsten» van personen beschikt.
Het schietdrama in Alphen aan de Rijn is aanleiding geweest om het huidige Nederlandse systeem van wapenbeheersing door de Onderzoeksraad voor de Veiligheid (OvV)te laten onderzoeken. Dit onderzoek omvat zowel de regelgeving als de uitvoering en handhaving daarvan. De resultaten hiervan verwacht ik in september met de Tweede Kamer te kunnen delen. In mijn brief van 12 april 2011 aan de voorzitter van uw Kamer (TK 32 739, nr. 1) heb ik medegedeeld dat ik aan de hand van de uitkomsten van het strafrechtelijk onderzoek, het onderzoek van de Rijksrecherche en het onderzoek van de OvV zal bezien welke conclusies zouden moeten worden getrokken ten aanzien van het beleid met betrekking tot legaal wapenbezit en het toezicht daarop.
Zie antwoord vraag 2.
Hierbij bericht ik u dat de schriftelijke vragen van het van het lid Çörüz (CDA) over het weigeren of intrekken van een wapenvergunning bij signalen van radicalisering met kenmerk 2011Z15830 niet binnen de gestelde termijn beantwoord kan worden. De oorzaak hiervan is dat alle gegevens nog niet voorhanden zijn. Beantwoording zal plaatsvinden zodra alle gegeven is verkregen.