Ingediend | 30 juni 2011 |
---|---|
Beantwoord | 20 juli 2011 (na 20 dagen) |
Indiener | Frans Timmermans (PvdA) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z14776.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3171.html |
Ja.
Ik onderschrijf de analyse van het rapport. De groeiende controle van de autoriteiten op de advocatuur is reden tot zorg. Een onafhankelijke advocatuur is essentieel voor het functioneren van een rechtsstaat.
Iedere advocaat moet in vrijheid zijn beroep uit kunnen oefenen, onafhankelijk van een politiek oordeel over de zaken die hij aanneemt.
Mij zijn geen andere gevallen bekend dan die genoemd worden in het rapport van Amnesty International.
Tijdens de EU-China mensenrechtendialoog van 16 juni 2011 is prominent aandacht besteed aan de kwesties die worden genoemd in het rapport van Amnesty International. Daarbij is ook gesproken over de situatie van een aantal specifieke advocaten. Tijdens eerdere mensenrechtendialogen tussen de EU en China heeft de EU dergelijke kwesties ook aan de orde gesteld en zal dat blijven doen. Nederland zal bilateraal aandacht besteden aan deze knelpunten.
Zie antwoord vraag 5.
Ja, mensenrechten vormen een van de pijlers van het Nederlandse buitenlandse beleid en maken dus ook onderdeel uit van de bilaterale relatie met China. Dit beleid wordt ook uitgedragen in multilaterale fora. Daarnaast financieren de EU en een aantal lidstaten programma’s ter versterking van de rechtsstaat in China. Nederland doet dat ook. In dat kader worden onder andere rechters en advocaten opgeleid. Verder onderhoudt de ambassade contacten met advocaten die in het rapport worden genoemd.