Ingediend | 9 juni 2011 |
---|---|
Beantwoord | 5 juli 2011 (na 26 dagen) |
Indiener | Coşkun Çörüz (CDA) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z12338.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3054.html |
Er worden jaarlijks meerdere onderzoeken gedaan die resulteren in verschillende cijfers. Ik verwijs u hieromtrent naar de beantwoording van eerdere schriftelijke Kamervragen van het lid Van Raak van 13 januari 2011 (2011Z00483) en van het lid Marcouch van 21 april 2011 (2011Z08537).
Ik sta in beginsel positief tegenover initiatieven van slachtoffers van criminaliteit om politie en Justitie te ondersteunen in hun werk om strafbare feiten te voorkomen en daders op te sporen. Dergelijke initiatieven dienen uiteraard in overeenstemming met het toepasselijk wettelijk kader uitgevoerd te worden. Voor verdere details omtrent het wettelijk kader verwijs ik u naar het antwoord op vraag 4.
Dit initiatief vertoont gelijkenis met dat van winkeliers die foto’s van vermeende winkeldieven ophingen in hun winkel. Naar aanleiding van een klacht heeft het College bescherming persoonsgegevens (CBP) zich uitgesproken over een dergelijke publicatie. Het CBP oordeelde dat de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) niet toelaat dat foto’s van personen die verdacht worden van winkeldiefstal door winkeliers op winkelruiten of andere voor het publiek zichtbare plaatsen worden gepubliceerd. Andere initiatieven zijn bij mij niet bekend.
De regels omtrent een initiatief als deze zijn, waar het gaat om de verwerking van persoonsgegevens, vastgelegd in de Wbp. Op grond van de Wbp dienen persoonsgegevens op behoorlijke en zorgvuldige wijze te worden verwerkt en opgeslagen. Persoonsgegevens mogen alleen worden verzameld indien noodzakelijk voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde, doeleinden. Zoals in artikel 8 onder f van de Wbp, namelijk de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de verantwoordelijke of een derde. Uiteindelijk hangt de rechtmatigheid hangt af van de omstandigheden van het individuele geval. Het CBP is verantwoordelijk voor het toezicht op de Wbp.
Zie antwoord vraag 2.
Hierbij deel ik u mee dat de schriftelijke vragen van het lid Çörüz (CDA) van uw Kamer over het voornemen van de Vereniging Eigen Huis om beelden van inbrekers op een website te publiceren (ingezonden 9 juni 2011) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.