Ingediend | 25 mei 2011 |
---|---|
Beantwoord | 9 september 2011 (na 107 dagen) |
Indiener | Mariko Peters (GL) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z10998.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3584.html |
Ik ben bekend met de herarrestatie van Manal Al Sharif. Zij is één van de initiatiefneemsters voor de actie «women2drive» waarbij vrouwen in Saudi-Arabië via Facebook werden opgeroepen om op 17 juni achter het stuur van de auto de weg op te gaan. Vooruitlopend op de actie, besloot Manal Al Sharif op 19 mei jl. achter het stuur de openbare weg op te gaan en plaatste van deze actie een video op Youtube. Op 20 mei jl. werd zij aangehouden toen zij opnieuw een auto bestuurde. Hoewel zij na een paar uur naar huis kon gaan, werd zij later die avond opnieuw gearresteerd en in hechtenis genomen. Op 26 mei jl. werd deze hechtenis met tien dagen verlengd waarna zij op 30 mei vervroegd werd vrijgelaten.
Zie antwoord vraag 1.
Het verbod voor vrouwen om auto’s te besturen is onderdeel van de structurele achterstelling van vrouwen in Saudi-Arabië. De positie van vrouwen en andere zorgen over de mensenrechtensituatie in Saudi-Arabië zijn een onderwerp dat zowel bilateraal als in EU-verband aan de orde komt in contacten met de Saudische autoriteiten. Het rijverbod zal hierbij tevens besproken kunnen worden. De actie van Manal Al Sharif heeft mede aan bijgedragen, dat er een nationaal publiek debat in Saudi-Arabie over dit onderwerp plaatsvindt en dit onderwerp de aandacht krijgt in de Saudische media.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Gezien haar vrijlating is dit niet aan de orde.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken en het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie voeren een pro-actief beleid om de bilaterale economische betrekkingen te verbeteren. Voor de inzet van economische diplomatie geldt de Gulf Cooperation Council (GCC), waaronder Saudi-Arabië, als prioritaire regio. De Nederlandse ambassade in Riyadh ondersteunt bedrijvenmissies naar Saudi-Arabië en biedt ondersteuning aan het Nederlands bedrijfsleven in Saudi-Arabië. Daarnaast staan diverse instrumenten van Internationaal Ondernemen open op Saudi-Arabië. Tenslotte bezoeken de bewindspersonen van met name het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie met enige regelmaat Saudi-Arabië om de betrekkingen te onderhouden. Zo bracht minister Verhagen op 17 april 2011 een ééndaags bezoek aan Riyadh.
De positie van de vrouw is onderwerp van gesprek met de National Society for Human Rights en de National Commission for Human Rights in Saudi-Arabië, waarbij bezien wordt welke activiteiten ondernomen kunnen worden die bij kunnen dragen aan een bredere acceptatie voor een meer gelijkwaardige positie van de vrouw. Vorig jaar bracht de Mensenrechtenambassadeur een bezoek aan Saudi-Arabië, waarbij de positie en rechten van vrouwen aan de orde is gekomen.
In 2010 bedroeg de import uit Saudi-Arabië 2,3 mld. EUR en de export naar Saudi-Arabië 1,6 mld. EUR. De directe investeringen van Nederlandse bedrijven in Saudi-Arabië bedroeg over 2009 2,4 mld. EUR. De directe investeringen van Saudi-Arabië in Nederland bedroeg over 2009 707 mln. EUR.
De OESO Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen zijn de referentie voor het internationale opereren van Nederlandse bedrijven. Bij de herziening daarvan, die op 25 mei jl. is bekrachtigd, is met name de aandacht voor mensenrechten versterkt. In paragraaf 38 van het commentaar bij de Richtlijnen staat: «A State’s failure either to enforce relevant domestic laws, or to implement international human rights obligations or the fact that it may act contrary to such laws or international obligations does not diminish the expectation that enterprises respect human rights. In countries where domestic laws and regulations conflict with internationally recognised human rights, enterprises should seek ways to honour them to the fullest extent which does not place them in violation of domestic law, ...».
De OESO Richtlijnen worden actief onder de aandacht gebracht van bedrijven die met hulp van de overheid willen gaan ondernemen in Saudi Arabië.
Staand beleid is dat de overheid bij gerechtvaardigde vragen over het handelen van Nederlandse bedrijven in het buitenland de bedrijven oproept om in constructieve dialoog met maatschappelijke organisaties open te zijn over het bedrijfsbeleid en uit te leggen welke keuzes zijn gemaakt. De overheid wijst bedrijven erop dat zij de nodige transparantie dienen te betrachten, en is indien nodig bereid te helpen de dialoog op gang te brengen, maar essentieel is dat het bedrijfsleven zelf verantwoordelijk is voor zijn keuzes en voor het verkrijgen van maatschappelijke acceptatie voor zijn beleid.