Kamervraag 2011Z04393

De uitbreiding van het Amerikaanse oliebedrijf NuStar op Sint Eustatius

Ingediend 4 maart 2011
Beantwoord 18 april 2011 (na 45 dagen)
Indiener Ronald van Raak
Beantwoord door Joop Atsma (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (CDA)
Onderwerpen economie industrie
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z04393.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2253.html
1. «Zaken doen met Sint Eustatius», Handelsmissie Den Haag, Hotel Des Indes, 25–26 november 2010, Sint Eustatius Business Association.
  • Vraag 1
    Klopt het dat het Amerikaanse oliebedrijf NuStar, dat nu op Sint Eustatius 58 tanks heeft staan (voor 13 miljoen vaten olie), zijn bedrijf met 25 tot 40 tanks wil uitbreiden?1

    Ja. Daartoe heeft het bedrijf NuStar op 16 mei 2010 zijn uitbreidingsplannen in een document uiteengezet. Vervolgens heeft het bedrijf op 1 juli vorig jaar zijn plannen mondeling in Den Haag toegelicht. Ook is sprake van contacten tussen NuStar en het Netherlands Foreign Investment Agency van het ministerie van EL&I over de door het bedrijf voorgenomen investering op Sint Eustatius. Echter, het bedrijf heeft nog geen officieel verzoek tot uitbreiding ingediend bij het eilandbestuur van Sint Eustatius of de rijksoverheid.

  • Vraag 2
    Welke percentage van de oppervlakte van het eiland Sint Eustatius wordt nu ingenomen door NuStar? Hoeveel procent zal dat – bij benadering – na de uitbreiding zijn? Deelt u de angst dat Sint Eustatius steeds meer onderdeel wordt van NuStar, in plaats van andersom? Deelt u mijn opvatting dat we in de toekomst beter kunnen spreken van Sint NuStar?

    NuStar bezit momenteel circa 10–15% van de oppervlakte van het eiland Sint Eustatius. Daarvan is circa 5% bebouwd met ruim 50 opslagtanks en bijbehorende gebouwen (pomphuizen, leidingstraten, werkplaatsen en kantoren). Met de voorgenomen uitbreiding van het aantal tanks zal nog eens circa 3–5% van het eiland worden bebouwd. Het beoogde terrein is reeds in eigendom van NuStar. Indien de uitbreiding van NuStar wordt gerealiseerd zoals thans door dit bedrijf beoogd, zal NuStar in totaal 8–10% van het eiland in gebruik nemen als op- en overslagterrein.
    Bij het voorgaande moet worden bedacht dat het eilandbestuur van Sint Eustatius zelf bepaalt in welke richting het eiland zich (verder) dient te ontwikkelen. Daartoe heeft het in 2010 een strategische visie opgesteld, waarin ondermeer natuur, toerisme, werkgelegenheid en gezondheidszorg de nodige aandacht krijgen.

  • Vraag 3
    Betekent een eventuele uitbreiding van NuStar op Sint Eustatius ook een uitbreiding van de speciale fiscale zone?

    De minister van Financiën is op grond van artikel 5.2 van de Douane- en accijnswet BES bevoegd, nadat het bestuur van het desbetreffende lichaam is gehoord, om handels- en dienstenentrepots in te stellen binnen het grondgebied van Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Via hoofdstuk II, artikel VIII van de Invoeringswet fiscaal stelsel BES zijn de oude, onder Nederlands-Antilliaanse wetgeving tot stand gekomen economische zones aangemerkt als handels- en dienstenentrepot. Voor zover de uitbreiding van NuStar plaats kan vinden binnen de huidige begrenzing van het op Sint Eustatius gesitueerde handels- en dienstenentrepot, is geen uitbreiding nodig van gebied waarop de fiscale bepalingen inzake het handels- en dienstenentrepot van toepassing zijn. Voor zover de door NuStar geplande uitbreiding niet binnen de huidige begrenzing van het handels- en dienstenentrepot kan worden gerealiseerd, zal aan de minister van Financiën moeten worden verzocht het huidige handels- en dienstenentrepot uit te breiden.

  • Vraag 4
    Hoeveel van de verwachtte 40 arbeidsplaatsen die zouden ontstaan bij de voorgenomen uitbreiding van NuStar op Sint Eustatius zullen ook werkelijk worden ingevuld door bewoners van Sint Eustatius?

    Zoals hiervoor opgemerkt, heeft NuStar nog geen officieel verzoek tot uitbreiding bij de lokale overheid of de rijksoverheid ingediend. Zodra dit wel het geval is, zal dit verzoek moeten worden beoordeeld. Hierbij moeten het eilandbestuur en de rijksoverheid nauw samenwerken. Het eilandbestuur is eerstverantwoordelijk voor zaken als de economische ontwikkeling, het toerisme, de werkgelegenheid, de ruimtelijke ontwikkeling en de natuur op het eiland. De rijksoverheid ziet er vooral op toe dat een bedrijf als NuStar voldoet aan alle eisen op het gebied van milieu, externe veiligheid, scheepvaart, luchtvaart, etc. en dat het bedrijf alle benodigde vergunningen heeft of verkrijgt. Hierbij komt dat gezien de verantwoordelijkheid van het eilandbestuur voor de ruimtelijke en economische ontwikkeling van Sint Eustatius, in de eerste plaats het eilandbestuur moet afwegen of de baten en de lasten van een eventuele uitbreiding tegen elkaar opwegen. Hierbij zullen werkgelegenheid en toerisme een belangrijke rol spelen.
    Vooruitlopende op de komende gesprekken met NuStar is het op dit moment nog te vroeg voor prognoses voor de ontwikkeling van (indirecte) werkgelegenheid en de lokale invulling daarvan bij een eventuele uitbreiding. Hetzelfde geldt voor de ontwikkeling van het toerisme.

  • Vraag 5
    Wat betekenen de plannen voor uitbreiding van NuStar op Sint Eustatius voor het toerisme op het eiland? Hoeveel geld en werkgelegenheid zal het eiland mislopen omdat toeristen in de toekomst Sint NuStar zullen mijden?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Aan welke milieueisen moet een eventuele uitbreiding van de olieopslag door NuStar op Sint Eustatius voldoen?

    Alvorens NuStar een aanvraag om vergunning kan indienen zal een Milieu Effect Rapportage (MER) moeten worden opgesteld; hierin zullen alle effecten op het milieu moeten worden beschreven. Ook zal er vooraf een Milieu Risico Analyse (MRA) moeten worden opgesteld om eventuele gevolgen voor het milieu te beoordelen. Daarnaast zal het bedrijf een Veiligheidsrapportage (VR) moeten opstellen om alle gevaren voor de omgeving in beeld te brengen. Op basis van de aanvraag zal een beschikking worden opgesteld, waarin voorschriften worden opgenomen die vergelijkbaar zijn met de normering in het Europees deel van Nederland. Tevens is voor Caribisch Nederland met de vaststelling van de Wet VROM BES het uitgangspunt Best Bestaande Technieken (BBT) van toepassing geworden. De voor de opslag van olie geldende Nederlandse richtlijn (Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen PGS 29) zal onverkort in de vergunning moeten worden opgenomen. Ook de voorschriften uit de EU-richtlijnen (IPPC-Reference Document on Best Available Techniques on Emissions from Storage, juli 2006) zullen – voor zover toepasbaar – worden opgenomen in de milieuvergunning.

  • Vraag 7
    Hoe zijn de bewoners betrokken bij de plannen voor uitbreiding van de olieopslag door NuStar op Sint Eustatius?

    NuStar heeft begin november 2010 een «townhallmeeting» op Sint Eustatius gehouden, waar het bedrijf zijn uitbreidingsplannen aan de bevolking heeft toegelicht. De eilandbewoners zijn daarbij in de gelegenheid gesteld vragen te stellen aan het bestuur van Sint Eustatius en aan de directie van NuStar. Het ligt voor de hand dat wanneer NuStar een formeel verzoek tot uitbreiding heeft ingediend, de voors en tegens hiervan worden besproken met de bevolking. Hiertoe kan de eilandoverheid samen met de rijksoverheid een «townhallmeeting» organiseren.
    In het kader van de eventueel te verlenen vergunningen bestaan voor bewoners uiteraard de gebruikelijke mogelijkheden voor bezwaar en beroep.

  • Vraag 8
    Bent u bereid een referendum te houden onder de bewoners van Sint Eustatius over eventuele uitbreiding van NuStar?

    Zoals hierboven beschreven, vindt de besluitvorming over eventuele uitbreiding van NuStar primair plaats op eilandniveau. Het eilandbestuur van Sint Eustatius is vrij om een referendum over dit onderwerp te organiseren. De uitslag hiervan kan het bestuur vervolgens meenemen in de besluitvorming. Het ligt niet voor de hand dat de rijksoverheid een referendum over dit onderwerp organiseert binnen het openbaar lichaam.

  • Vraag 9
    Wat vindt u van de activiteiten van de Sint Eustatius Business Association, die met fiscale argumenten, zoals het ontbreken van winstbelasting en invoerrechten, Nederlandse bedrijven naar het eiland probeert te lokken? Welke soort bedrijven zouden zich op het eiland Sint Eustatius moeten vestigen?

    Op zich genomen, zijn degelijke activiteiten van de Sint Eustatius Business Association (STEBA), gericht op de verbetering van de sociaal-economische structuur van Sint Eustatius, zeer welkom – dit uiteraard mits ook STEBA daarbij blijft uitgaan van de voor Caribisch Nederland geldende wet- en regelgeving waaronder de fiscale regelgeving. Afgezien hiervan, is het allereerst aan het desbetreffende bedrijf zelf om een antwoord te geven op de vraag of het zich op Sint Eustatius wil vestigen. Daarbij zal dit bedrijf van de wettelijke mogelijkheden en onmogelijkheden van vestiging moeten uitgaan; hierbij kan worden gedacht aan eventuele van toepassing zijnde de vergunningverleningprocedures.
    Wat betreft het acquisitiebeleid niet alleen van STEBA, maar vooral ook van het desbetreffende lokaal bestuur, is van belang, dat op dit moment in opdracht van het ministerie van EL&I en met instemming van het Bestuurscollege van Sint Eustatius een onderzoek wordt gedaan naar de (sociaal-) economische ontwikkelings-mogelijkheden van het eiland en naar de mogelijkheden het ondernemersklimaat op Sint Eustatius te verbeteren. Van het onderzoek maakt het schrijven van een plan van aanpak deel uit. Na afronding van het onderzoek uiterlijk in de eerste helft van april a.s. zullen de onderzoeksresultaten aan in de eerste plaats het bestuur van Sint Eustatius ter hand worden gesteld. Vervolgens staan deze resultaten het bestuur volledig ten dienste om het attractieve vestigingsklimaat van zijn eiland onder de aandacht van het bedrijfsleven in onder meer het Europese deel van Nederland te brengen.

  • Vraag 10
    Wat betekent de komst van alle bedrijven naar Sint Eustatius voor de leefbaarheid van het eiland? Deelt u de angst dat Sint Eustatius een Caribisch bedrijventerrein wordt?

    Vooralsnog is NuStar het enige industriële complex op Sint Eustatius. Het ligt niet in de lijn der verwachtingen dat er zich andere grote bedrijven zullen vestigen op het eiland. Daarvoor is immers geen ruimte beschikbaar.
    NuStar heeft laten weten bereid te zijn bij de uitbreiding zo veel mogelijk rekening te houden met natuur en landschap. Desondanks zal de uitbreiding een belangrijke stempel drukken op het karakter van Sint Eustatius. Aan de veiligheid van bewoners van Oranjestad worden geen concessies gedaan. De voor Nederland geldende veiligheidscontouren zullen derhalve ook voor NuStar gaan gelden. Compensatiemaatregelen zullen de leefbaarheid van de Statianen ten goede komen. De uitbreiding van NuStar zal leiden tot een flinke uitbreiding van bedrijfsterrein op Sint Eustatius. Echter, gezien de overige bestemmingen (wonen, natuurgebied, krater, toeristische kustzone) is de aanduiding «Caribisch bedrijventerrein» voor Sint Eustatius niet terecht.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2011Z04393
Volledige titel: Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de uitbreiding van het Amerikaanse oliebedrijf NuStar op Sint Eustatius (ingezonden 4 maart 2011)
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20102011-2253
Volledige titel: Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de uitbreiding van het Amerikaanse oliebedrijf NuStar op Sint Eustatius (ingezonden 4 maart 2011).