Ingediend | 8 februari 2011 |
---|---|
Beantwoord | 22 maart 2011 (na 42 dagen) |
Indieners | Janneke Snijder-Hazelhoff (VVD), Erik Ziengs (VVD) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister economische zaken, viceminister-president ) (CDA) |
Onderwerpen | netwerken ruimte en infrastructuur |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z02437.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-1899.html |
Ja.
Ja, daar ben ik het mee eens. Het Kadaster en het Agentschap Telecom zijn de organisaties die mij hierover hebben geïnformeerd.
Sinds 1 oktober 2008 zijn netbeheerders volgens de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION) verplicht om kabel- en leidinginformatie uit te wisselen. Sinds 1 juli 2010 zijn netbeheerders verplicht om op het digitale systeem, Klic-online, aangesloten te zijn en wordt dus alle informatie tussen grondroerder en netbeheerder digitaal – via het Kadaster – uitgewisseld. Alle netwerken met een veiligheidsrisico of een groot maatschappelijk belang zijn digitaal aangesloten.
Ja. Ingevolge de Regeling Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (RION) zijn bepaalde netten uitgezonderd van de verplichting om gegevens uit te leveren via het Kadaster. Het betreft in het bijzonder netten die louter voor eigen gebruik dienen, voor zover zij in eigen en tevens in niet-openbare grond zijn aangelegd en geen gevaarlijke inhoud hebben, zodat ze voor de grondroerder geen veiligheidsrisico opleveren. Het niet opnemen van deze netten doet immers geen afbreuk aan de doelstellingen van de wet, namelijk veilig graven zonder onnodige graafschade.
Als aan deze voorwaarden is voldaan, kan de beheerder voor deze netten dus zelf bepalen of hij voor deze netten gebruik wil maken van de vrijstelling die de WION biedt. Als het recreatiebedrijf – dan wel andere netbeheerders – aan de voorwaarden voldoet, kan hij een grondroerder zelf informeren over waar de kabels en leidingen liggen. Daarnaast zijn netbeheerders niet verplicht om gegevens over huisaansluitingen te verstrekken.
Het Klic-online systeem dat is geregeld in de WION is gericht op het voorkomen van graafschade en draagt daarmee bij aan de verbetering van de veiligheid en het voorkomen van leveringsonderbrekingen van gas, elektriciteit, water en telecommunicatie. Ik wil tegelijkertijd dat deze wet niet tot onnodige lastenverzwaring voor het bedrijfsleven leidt. Zo heb ik eerder een vrijstelling van de meldingsplicht voor agrariërs voor ondiepe graafwerkzaamheden aan uw Kamer toegezegd. En netbeheerders van niet-gevaarlijke netten voor eigen gebruik, gelegen in eigen grond, hoeven zich ook niet op het systeem aan te sluiten (zie mijn antwoord op vraag 3). Maar gezien de risico’s van graafschade kunnen netbeheerders van niet-gevaarlijke netten niet allemaal uitgezonderd worden, bijvoorbeeld wanneer deze netten in openbare grond liggen. Het ontbreken van volledige informatie over de ondergrondse situatie kan in een dergelijke situatie het risico op graafschade vergroten en andere kostenposten veroorzaken. Zo wil een aannemer tijdens de uitvoering niet onverwacht een in de weg liggende kabel of leiding aantreffen waardoor bouwwerkzaamheden ernstig worden vertraagd. Dit soort vertragingskosten kunnen hoog oplopen. Met de huidige uitzonderingen is er een juiste balans tussen verantwoordelijkheid bij de sector en veilig graven met weinig graafschade enerzijds en beperkte kosten en administratieve lasten anderzijds.
Dat is niet nodig; er is in de wet al een uitzondering opgenomen. Zie hiervoor mijn antwoord op vraag 3. Er is inmiddels contact geweest met de Vereniging van Recreatieondernemers Nederland, RECRON. Binnenkort zal samen met de RECRON worden bekeken hoe over de werking van de WION aan de sector wordt gecommuniceerd, en hoe zij van de uitzondering die de regelgeving biedt gebruik kunnen maken.
Zie mijn antwoord bij vraag 3, 4 en 5, waarin wordt gemeld dat er al een uitzondering in de regelgeving is gecreëerd, en de toezeggingen die ik al aan de Kamer heb gedaan.