Ingediend | 25 januari 2011 |
---|---|
Beantwoord | 9 februari 2011 (na 15 dagen) |
Indieners | Harry van Bommel , Sharon Gesthuizen (GL) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister economische zaken, viceminister-president ) (CDA) |
Onderwerpen | recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z01291.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-1357.html |
De berichten, waaraan in de vragen wordt gerefereerd, zijn gebaseerd op informatie ontleend aan documenten gepubliceerd op de website «Wikileaks». Wikileaks stelt dat het gaat om vertrouwelijke Amerikaanse diplomatieke telegrammen. De inhoud van die documenten komt in dat geval voor rekening van de opstellers, de Amerikanen.
Overigens, zoals ook bekend, heeft Nederland zich in EU-verband ingezet voor strenge sancties ten aanzien van Iran, en voor een strenge toepassing ervan. Nederland heeft zich daarnaast altijd verzet tegen de extraterritoriale werking van Amerikaanse sancties, wanneer deze uitgaan boven hetgeen in EU- en/of VN-verband is afgesproken. Wanneer belangen van Nederlandse bedrijven hierdoor onevenredig geraakt worden, zullen wij hiervoor opkomen.
Zie antwoord vraag 1.
Zie antwoord vraag 1.
Er is geen sprake van verstrengeling van belangen bij de uitwisseling van personeel. In de sector van olie en gas, meer dan in andere sectoren, is de rol van buitenlandse overheden en van hun staatsmaatschappijen dominant. In deze context zijn oliemaatschappijen uit het Westen aangewezen op steun van hun eigen overheid om hun positie in het buitenland zeker te stellen. Tegen deze achtergrond moet de detachering van een medewerker van Buitenlandse Zaken bij Shell worden gezien: deze dient het opbouwen van kennis en een beter begrip van de sector.
Ja, die mening delen wij. In het kader van de economische diplomatie behartigt de Nederlandse regering dan ook de belangen van het Nederlandse bedrijfsleven als geheel, en beperkt ze zich niet tot één enkel bedrijf.