Ingediend | 13 december 2010 |
---|---|
Beantwoord | 8 februari 2011 (na 57 dagen) |
Indiener | Farshad Bashir |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | economie openbare orde en veiligheid organisatie en beleid transport |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z19212.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-1354.html |
Ik heb bericht ingewonnen bij het College bescherming persoonsgegevens (CBP). Het CBP heeft mij laten weten dat zij naar aanleiding van klachten van studenten en vermoedens van overtreding van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) als onafhankelijk toezichthouder handhavend onderzoek heeft gedaan. Hierbij is onderzocht of de drie grote vervoerbedrijven en de kaartuitgever van de OV-chipkaart tot personen herleidbare reisgegevens langer bewaren dan noodzakelijk voor het doel en of de studenten door de NS voldoende zijn geïnformeerd over het in – en uitchecken met hun OV-chipkaart.
De conclusie van het onderzoek is volgens het CBP dat het GVB, de RET en de kaartuitgever TLS in strijd met de wet reisgegevens bewaren. Ook wordt door het CBP geconcludeerd dat NS de studenten niet goed informeert over het in- en uitchecken met een studenten OV-chipkaart. De onderzoeksbevindingen zijn op 9 december 2010 openbaar gemaakt. Hiermee is de onderzoeksfase afgesloten. De procedure is dus daarmee niet afgerond; het CBP geeft aan dat zij nog moet besluiten over handhavende maatregelen. Er is sprake van een lopende procedure bij een onafhankelijke toezichthouder. Ik wacht de uitkomst daarvan af, maar zal dit uiteraard nauwlettend volgen.
Er is sprake is van een lopende procedure bij een onafhankelijke toezichthouder die overtredingen van de Wbp heeft geconstateerd. Zoals ik in het antwoord op vraag 1 heb aangegeven, wacht ik eerst de uitkomst van die procedure af.
Zie antwoord vraag 2.
Vervoersbedrijven of TLS draaien op voor eventuele geldelijke sancties.
Eventuele geldelijke sancties hebben echter geen invloed op de prijs van de treinkaartjes. De bestedingen aan het openbaar vervoer zijn bepaald bij de aanbestedingen van het openbaar vervoer en verder vastgelegd in of op grond van de concessie- of subsidievoorwaarden.
De verantwoordelijkheid voor de tarieven van het regionale OV ligt bij de decentrale overheden.
Voor NS zijn de afspraken over een maximale tariefsverhoging voor de beschermde kaartsoorten vastgelegd in de vervoersconcessie. NS mag alleen de jaarlijkse inflatie en de gebruiksvergoedingstijging doorberekenen aan haar reizigers.
Er loopt een procedure bij een onafhankelijk toezichthouder, waarvan ik de uitkomst eerst afwacht.
Op 13 december 2010 ontving ik uw brief met vragen van het lid Bashir over het bewaren van persoonsgegevens door vervoerbedrijven. De beantwoording van deze vragen kost meer tijd, omdat overleg nodig is met de betrokken partijen. In verband met de kerstvakantie kan dat overleg pas deze week plaatsvinden. Daarom is het niet mogelijk de vragen binnen de gestelde termijn van drie weken te beantwoorden.