Ingediend | 24 november 2010 |
---|---|
Beantwoord | 6 januari 2011 (na 43 dagen) |
Indiener | Johan Driessen (PVV) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | internationaal ontwikkelingssamenwerking openbare orde en veiligheid terrorisme |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z17544.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-966.html |
Radicalisering kan vele oorzaken hebben. Voor bepaalde groepen en individuen spelen radicale ideologische overwegingen een hoofdrol. Dat is moeilijk aan te pakken door middel van ontwikkelingsactiviteiten. Uit tal van internationale studies2 blijkt dat andere groepen en individuen radicaliseren, omdat ze, bijvoorbeeld, sociaaleconomisch worden gemarginaliseerd en/of politiek worden uitgesloten. Met andere woorden, het kan een rol spelen, maar het hoeft niet. Radicalisering is een verschijnsel dat uit uiteenlopende bronnen wordt gevoed.
Het is ons niet bekend of Osama bin Laden en Mohammed Atta honger hadden voordat ze hun terroristische daden pleegden.
Ik geloof niet in sprookjes. Ik kan er wel van genieten.