Kamervraag 2010Z15861

Compensatie van woekerpolissen

Ingediend 4 november 2010
Beantwoord 17 december 2010 (na 43 dagen)
Indiener
Beantwoord door Jan Kees de Jager (minister financiën) (CDA)
Onderwerpen financiën organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z15861.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-767.html
1. Kassa, 30 oktober 2010.
  • Vraag 1
    Wat is uw reactie op de uitzending van Kassa van 30 oktober 2010 over woekerpolissen?1
  • Vraag 2
    Heeft u redenen om aan te nemen dat de in de uitzending geschetste voorbeelden onjuist zijn waarbij twee polishouders beter af zijn door over te stappen naar een andere verzekering omdat dit uiteindelijk voordeliger is dan de compensatie aan het einde van de looptijd van hun huidige verzekering?
  • Vraag 3
    Zijn deze twee voorbeelden volgens u representatief voor houders van woekerpolissen of heeft u redenen om aan te nemen dat deze voorbeelden niet representatief zijn?
  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat de klant centraal stellen door verzekeraars in dit geval met zich meebrengt dat een verzekeraar er zijn klanten op wijst dat ze beter af zijn zonder compensatie maar met een ander goedkoper product bijvoorbeeld in de vorm van banksparen?

    Ik denk niet dat een verzekeraar die de klant centraal stelt, tegen zijn klant moet zeggen dat ze beter af zijn zonder compensatie. Een klant die onder de getroffen regelingen recht heeft op compensatie krijgt die. Iets anders is dat verzekeraars hun klanten wel goed moeten informeren en geen onnodige overstapbelemmeringen moet opwerpen.

  • Vraag 5
    Bent u bereid verzekeraars te verzoeken om polishouders actief te informeren in de gevallen waarin het voordeliger is voor polishouders om over te stappen?

    Ja, dat heb ik besproken met verzekeraars en zij hebben mij daarover in bijgevoegde brief 2aangegeven dat zij inderdaad actief willen communiceren over mogelijkheden tot aanpassing of omzetting van bestaande producten. Of het in concrete situaties wel in het belang van de klant is om van deze mogelijkheden gebruik te maken, is echter een adviesvraag die veelal op de weg van de verzekeringsadviseur ligt.

  • Vraag 6
    Vindt u het juist dat in één van de voorbeelden bij eventuele overstap hoge extra kosten in rekening worden gebracht terwijl de polishouder al jarenlang hoge kosten heeft betaald?

    Ik heb mij laten uitleggen dat er geen sprake is van extra kosten, maar van kosten die over de hele looptijd van het product worden verdeeld en die bij tussentijdse afkoop ineens in rekening worden gebracht in plaats van gespreid. De regelingen bevatten overigens afspraken over compensatie bij voortijdige beëindiging.

  • Vraag 7
    Deelt u de mening dat verzekeraars in zo’n geval geen extra overstapkosten meer in rekening zouden moeten brengen waarbij Achmea een positief voorbeeld is?

    Ik vind inderdaad dat er geen sprake zou moeten zijn van extra overstapkosten of boetes. Maar dat is wat anders dan het in rekening brengen van kosten op het moment van afkoop die anders over de gehele looptijd in rekening gebracht zouden worden.

  • Vraag 8
    Wat vindt u van de recente uitspraak van het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) die in de uitzending wordt aangehaald?

    Het is niet aan mij om een oordeel te geven over uitspraken van de Beroepscommissie van het Kifid.

  • Vraag 9
    Vindt u het wenselijk als mensen alsnog via een procedure hun recht gaan halen? Zo nee, is de Wabekelnorm dan een goed instrument om tot een alternatieve oplossing te komen?

    Het staat een ieder vrij om via een procedure hun recht te gaan halen. Ik denk alleen dat dit voor veel mensen niet meer nodig is, gegeven de compensatie die nu overeengekomen is. Tegenover de kans op een gunstiger uitkomst bij het ingaan van een procedure staat het nadeel van een langere periode van onzekerheid.

  • Vraag 10
    Wordt de Wabekelnorm tussentijds nog geëvalueerd?

    De Wabekenorm dient als richtpunt in het civiele geschil tussen polishouders en verzekeraars en behoeft als zodanig geen evaluatie.

  • Mededeling - 25 november 2010

    Hierbij deel ik u mede dat de vragen van leden Blanksma en Irrgang over beleggingsverzekeringen niet binnen drie weken beantwoord kunnen worden, nu onderdelen nadere afstemming vergen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2010Z15861
Volledige titel: Vragen van de leden Irrgang (SP) en Blanksma (CDA) aan de minister van Financiën over compensatie voor woekerpolissen (ingezonden 4 november 2010).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20102011-767
Volledige titel: Vragen van de leden Irrgang (SP) en Blanksma (CDA) aan de minister van Financiën over compensatie voor woekerpolissen (ingezonden 4 november 2010).