Ingediend | 11 oktober 2010 |
---|---|
Beantwoord | 15 oktober 2010 (na 4 dagen) |
Indiener | Mariko Peters (GL) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister economische zaken, viceminister-president ) (CDA) |
Onderwerpen | europese zaken internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z14509.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-259.html |
Ja.
Graag verwijs ik u naar de geannoteerde agenda voor de Raad Algemene Zaken van 25 oktober 2010. De Europese Commissie en 26 EU-lidstaten willen tijdens de RAZ een positief besluit nemen over het doorsturen van de Servische EU-lidmaatschapsaanvraag voor «avis», mede in het licht van de constructieve Servische opstelling bij de op 9 september jl. aangenomen resolutie van de Algemene Vergadering van de VN. De resolutie roept Servië en Kosovo op in dialoog te gaan teneinde de onderlinge samenwerking te verbeteren, de veiligheid en stabiliteit in de regio te bevorderen alsmede praktische oplossingen te vinden voor de inwoners van Kosovo.
Het kabinet meent dat eventuele verdere stappen in de toenadering van Servië tot de Europese Unie in het teken moeten staan van volledige samenwerking door Servië met het Joegoslavië-tribunaal. De regering zal zich bij de definitieve standpuntbepaling over het al dan niet doorzenden van de Servische lidmaatschapsaanvraag daarnaast laten leiden door de voortgang in de dialoog tussen Servië en Kosovo.
Zoals Commissaris Füle ook stelde in de hoorzitting met de Vaste Kamercommissie voor Europese Zaken op 6 oktober jl., is de Europese Commissie van mening dat besluitvorming over het doorsturen van een lidmaatschapsaanvraag een procedureel/technisch vraagstuk is, waarover met enkelvoudige meerderheid van stemmen zou kunnen worden besloten. Ook de meeste lidstaten zijn deze mening toegedaan. Het EU-voorzitterschap zal uiteindelijk moeten bepalen welke besluitvormingsprocedure wordt gekozen. Dit besluit heeft het voorzitterschap nog niet genomen.
Zoals de regering ook heeft gesteld in de kabinetsappreciatie inzake het uitbreidingspakket van de Europese Commissie van 2009 (Kamerstuk 23 987, nr. 104) is het doorsturen van een lidmaatschapsaanvraag naar de Commissie, gelet op de aard van het besluit, geen formele stap in het toenaderingsproces. In dezelfde brief stelde het kabinet niettemin dat het een verzoek van de Raad aan de Commissie om een avis te schrijven wel beschouwt als een politiek besluit.
Zelfs al zou dit besluit als politiek worden bestempeld, dan nog is de besluitvormingsmodaliteit niet eenduidig. Tot dusverre zijn alle verzoeken van de Raad aan de Commissie over een «avis» met consensus in de Raad genomen. Dit is ook wat Nederland nu uitdraagt richting voorzitterschap en partners.
Maar artikel 49 van het Verdrag betreffende de Europese Unie specificeert niet dat er sprake moet zijn van unanimiteit voor het doorzenden van de lidmaatschapsaanvraag («raadplegen Commissie»). De algemene regel in het Verdrag (artikel 16, lid 3 EU) luidt dat de Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Ja.