Ingediend | 30 september 2010 |
---|---|
Beantwoord | 2 november 2010 (na 33 dagen) |
Indiener | Helma Lodders (VVD) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | organisatie en beleid ruimte en infrastructuur |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z13926.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-342.html |
Ja.
De gemeente Cuijk heeft zelf een dassenbeheerplan opgesteld en is zelf verantwoordelijk voor de volledige uitvoering hiervan. In het dassenbeheerplan heeft de gemeente Cuijk 30 kilometer aan landschapselementen of heggen opgenomen. Deze 30 kilometer is beoordeeld als de minimumvereiste voor een adequaat leefgebied. Er dient een volledig leefgebied voor de dassen ingericht te zijn, alvorens de dassenfamilie verplaatst kan worden.
Omdat er nog ruim 10 procent van de benodigde compensatie ontbreekt, kan ik op dit moment nog geen ontheffing verlenen.
Ja, het is mij bekend dat de gemeente investeringen aan het doen is. Het is echter niet aan mij te beoordelen of de kosten acceptabel zijn. Dit kan de gemeente zelf afwegen.
Nee, ik deel deze mening niet. De gunstige staat van instandhouding van de dassen is afhankelijk van de instandhouding van hun leefgebied. Waar oorspronkelijk leefgebied verdwijnt als gevolg van ruimtelijke ontwikkelingen, dient dit dan ook gecompenseerd te worden om dassen voldoende kans op overleven te geven.
Ik zie dan ook geen aanleiding om de door de gemeente zelf voorgestelde en overeengekomen aanpak te wijzigen.
De Dienst Regelingen van mijn ministerie zal, in overleg treden met de gemeente om te helpen deze zaak zo snel mogelijk af te handelen. Zie verder mijn antwoord op de vragen 2 en 4.
Indien betrokken partijen, inclusief de gemeente Cuijk, de compensatie conform de onderling gemaakte afspraken uitvoeren en wanneer de inrichting van het leefgebied voor de dassen heeft plaatsgevonden, zie ik geen probleem een nieuwe ontheffingsaanvraag in behandeling te nemen.