Ingediend | 20 september 2010 |
---|---|
Beantwoord | 22 oktober 2010 (na 32 dagen) |
Indiener | Jeroen Recourt (PvdA) |
Beantwoord door | Fred Teeven (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | burgerlijk recht economie overige economische sectoren recht strafrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z13166.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-274.html |
Ja.
De uitspraak van het Hof van Justitie heeft als praktisch gevolg dat een advocaat die in dienstbetrekking is bij zijn cliënt geen beroep op de bescherming van vertrouwelijkheid kan doen bij verificatieprocedures verricht door de Europese Commissie op grond van het Europese mededingingsrecht.
De reikwijdte van deze uitspraak is thans nog niet goed te overzien. Deze uitspraak dwingt tot een bezinning over de onafhankelijkheid en het verschoningsrecht van advocaten in dienstbetrekking. Daartoe zal ik overleg voeren met betrokken partijen als de NOvA, het Verbond van Verzekeraars en het Nederlands Genootschap van Bedrijfsjuristen. Over de uitkomsten hiervan zal ik u nader informeren.
Zie antwoord vraag 3.
Hierbij bericht ik u dat de schriftelijke vragen van het lid Recourt (PvdA) over de onafhankelijkheid van de advocaat in loondienst (ingezonden 20 september 2010) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.