Ingediend | 26 augustus 2010 |
---|---|
Beantwoord | 29 september 2010 (na 34 dagen) |
Indieners | Diederik Samsom (PvdA), Pierre Heijnen (PvdA) |
Beantwoord door | Tineke Huizinga (minister volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer) (CU) |
Onderwerpen | bestuur rijksoverheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z11907.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-77.html |
Ja.
De hoofdboodschap, namelijk dat om bij de behandeling van de VROM-begroting op dinsdag 17 augustus aanwezig te zijn gebruik is gemaakt van een regeringsvlucht c.q. een ingehuurde vliegtaxi, is juist.
Nee.
Met noodzakelijke faciliteiten worden faciliteiten bedoeld die naar inzicht van het departement noodzakelijk zijn. Er dient een afweging te worden gemaakt. Deze afweging wordt gemaakt door de bewindspersoon in samenspraak met de secretaris-generaal. De politieke verantwoordelijkheid ligt vanzelfsprekend bij de bewindspersoon.
Ja.
Nee, voor de terugreis is gebruik gemaakt van een lijndienst.
Een aantal openstaande vervoersmogelijkheden is onderzocht. Tussen deze mogelijkheden is een afweging gemaakt. Voor de heenreis is gekozen voor een regeringsvlucht op dinsdagochtend. De terugreis heeft met een lijnvlucht plaatsgevonden.
Vicepremier Rouvoet heeft op een vraag van een journalist aangegeven geen inzicht te hebben gehad in de omstandigheden en afwegingen op het departement en om die reden daarover niks te melden te hebben, zodat vragen aan zijn adres over deze vlucht niet relevant waren.
Bewindspersonen moeten kunnen beschikken over alle voorzieningen die voor de uitoefening van het ambt noodzakelijk zijn. Dat is het uitgangspunt van het Voorzieningenbesluit. De strekking van artikel 6 van het Voorzieningenbesluit is dan ook dat alle noodzakelijke faciliteiten voor een dienstreis aan de bewindspersoon ter beschikking worden gesteld. In de ambtsvervulling kunnen zich altijd onvoorziene situaties voordoen die niet vooraf in regelgeving zijn voorzien. De gekozen formulering van artikel 6 voor reisvoorzieningen is bewust zo gekozen om ook in uitzonderlijke omstandigheden gebruik te kunnen maken van geëigende vervoersmiddelen. Het Voorzieningenbesluit, en in het bijzonder deze bepaling, kan nooit zo worden ingericht dat iedere specifieke situatie wordt ingekaderd.
Ja. De reis van de minster van VROM is in overeenstemming met artikel 6 van het Voorzieningenbesluit. Het uitgangspunt van deze regeling is dat ministers en staatssecretarissen optimaal dienen te worden gefaciliteerd om hun werkzaamheden te verrichten, waarbij de kosten in de begroting zichtbaar worden gemaakt. Zie ook het antwoord op vraag 4.