Ingediend | 17 augustus 2010 |
---|---|
Beantwoord | 8 september 2010 (na 22 dagen) |
Indiener | Johan Driessen (PVV) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister buitenlandse zaken, minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (CDA) |
Onderwerpen | internationaal ontwikkelingssamenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z11627.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-3292.html |
Ja.
Het artikel refereert aan overheidsprojecten gericht op wederopbouw, die met niet nader gespecificeerde internationaal beschikbaar gestelde fondsen zijn gefinancierd. Nederland kan niet verifiëren wat er met donaties van andere donoren en hulporganisaties gebeurd is.
Voor Nederland geldt dat de noodhulpbijdragen voor de aardbevingsslachtoffers niet zijn gekanaliseerd via de Pakistaanse overheid, maar via VN-organisaties, het Nederlandse en Internationale Rode Kruis en Nederlandse NGO’s.
De bijdrage van de Nederlandse overheid ten behoeve van de overstromingsslachtoffers in Pakistan wordt thans gekanaliseerd via VN-organisaties, de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) en het Internationale Rode Kruis. Dit zijn organisaties die de afgelopen jaren hebben bewezen betrouwbare partners te zijn en op adequate wijze terugrapporteren over de hulpoperatie. Het is niet zo dat elke cent van de door Nederland gegeven noodhulp bij de slachtoffers terecht komt. Dit is ook niet realistisch gezien de enorme logistieke en daardoor kostbare uitdagingen als gevolg van de verwoestingen veroorzaakt door de overstromingen.
Er is voor Nederland geen reden de controles op de besteding van Nederlands overheidsgeld ten behoeve van noodhulp verder aan te scherpen. De controles zijn toereikend gebleken. De betrokken noodhulporganisaties hebben de verplichting om periodieke inhoudelijke en financiële rapportages en accountantsverklaringen bij het ministerie van Buitenlandse Zaken in te dienen over de door hen uitgevoerde noodhulpoperaties.