Ingediend | 20 juli 2010 |
---|---|
Beantwoord | 13 september 2010 (na 55 dagen) |
Indieners | Hero Brinkman (PVV), Lilian Helder (PVV) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid organisatie en beleid recht strafrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z11093.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-3315.html |
Ja.
Zonder aangifte zijn feiten vaak moeilijk bewijsbaar, maar de politie kan ook zonder aangifte een proces-verbaal opmaken als er langs andere weg bewijs kan worden verkregen. Wanneer dit proces-verbaal wordt ingezonden naar het Openbaar Ministerie, zal de officier van justitie het beoordelen. Op grond van de aanwijzing Discriminatie (2007A010) van het College van procureurs-generaal is daarbij de hoofdregel dat bij overtreding van de discriminatiebepalingen, als de zaak bewijsbaar en de verdachte strafbaar is, altijd een strafrechtelijke reactie volgt.
Het Landelijk ExpertiseCentrum Diversiteit van de politie heeft sinds dit jaar formeel de taak om ook het antidiscriminatiebeleid van de politie te ondersteunen. Hierbij is ook specifiek aandacht voor seksuele diversiteit binnen de politie (als onderdeel van diversiteitbeleid) en voor beleidsontwikkeling t.a.v. de politietaak die de lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender (LHBT) burger raakt.
De korpsbeheerder van het politiekorps Amsterdam-Amstelland heeft mij laten weten dat de aanpak van discriminatie een belangrijk speerpunt is. Daarbij wordt de beleidslijn gehanteerd dat in het geval van discriminatiezaken altijd direct aangifte dient te worden opgenomen. Een onderdeel van de aanpak van discriminatie betreft de homogerelateerde incidenten. Vanuit het korps wordt actief geïnvesteerd in het benaderen van de doelgroep, gericht op het verkrijgen van meldingen en aangiften. Het politiekorps beschikt daartoe over een speciaal team bestaande uit homo- en biseksuele politiemensen, bekend onder de naam «Roze in blauw». Dit team is via een speciaal telefoonnummer telefonisch bereikbaar voor slachtoffers en melders, teneinde zo laagdrempelig mogelijk te zijn.
Het is de verantwoordelijkheid van de lokale autoriteiten om af te wegen welke aanpak in dit concrete geval het meest adequaat is. Dit zal maatwerk betreffen.
De korpsbeheerder van het politiekorps Amsterdam-Amstelland heeft mij laten weten dat in het geval van de betreffende straat in Amsterdam-West overleg tussen de driehoekspartners heeft geleid tot een dergelijke maatwerkaanpak. Het korps heeft betrokkenen nadrukkelijk gevraagd aangifte te doen van eventuele discriminatie-incidenten. Er hebben twee personen aangifte gedaan en het onderzoek naar aanleiding van deze aangiften heeft inmiddels tot aanhoudingen geleid. Er worden nog meer aanhoudingen verwacht. Daarnaast is bekeken of extra maatregelen nodig zijn in de sfeer van openbare ordehandhaving. De feiten bieden daar geen aanleiding toe. De korpsbeheerder laat weten dat – zonder iets af te doen aan de incidenten – is gebleken dat niet kan worden gesproken van straatterreur en dat er dan ook geen reden is om een mobiele politiepost te plaatsen.
Naar aanleiding van de schriftelijke vragen van de leden Brinkman en Helder over homo’s in dezelfde straat aangevallen, die werden ingezonden op 20 juli 2010, deel ik u mee dat het niet mogelijk is deze vragen binnen de gestelde termijn te beantwoorden. De oorzaak hiervan is dat nog niet alle gegevens zijn verkregen. Beantwoording zal plaatsvinden zodra alle informatie is verkregen.