Ingediend | 18 juni 2010 |
---|---|
Beantwoord | 9 juli 2010 (na 21 dagen) |
Indiener | Kees van der Staaij (SGP) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister buitenlandse zaken, minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (CDA) |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z09566.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-2891.html |
Ja, ik heb kennisgenomen van de Israëlische woordvoering omtrent het Turkse «Insani Yardim Vakfi» (IHH). Het IHH staat niet op de Europese lijst van terroristische organisaties en er zijn mij vooralsnog geen aanwijzingen bekend, die nopen tot stappen in die richting.
Zie antwoord vraag 1.
De «Freedom Flotilla Coalition» was een samenwerkingsverband van meerdere ngo’s, met als belangrijkste partners het IHH en de «Free Gaza Movement». Het IHH is één van de grotere ngo’s in Turkije, dat volledig onafhankelijk opereert en in die zin geen formele banden heeft met de Turkse staat. Dit laat onverlet dat de Turkse regering sympathiseerde met de humanitaire doelstellingen van de zogenaamde «Gaza-flottielje».
De Nederlandse regering heeft op de dag van het incident aangedrongen op een spoedig, onafhankelijk en onpartijdig onderzoek, conform internationale standaarden, naar de achtergrond van deze gebeurtenissen, uit te voeren door Israël en – desgewenst – betrokken vlaggenstaten. Hierbij kan dan tevens de rol van het IHH aan de orde komen. Ook heeft de Hoge Vertegenwoordiger in een verklaring, namens alle EU-lidstaten, opgeroepen tot een «immediate, full and impartial inquiry into the events and the circumstances surrounding them».
Inmiddels heeft Israël een eerste stap gezet door de benoeming van een zogenaamd fact-finding panel waaraan twee internationale waarnemers zijn toegevoegd. De Nederlandse regering meent dat de internationale gemeenschap niet moet vooruitlopen op de uitkomsten van dit onderzoek. Ook mag dit tragische incident niet afleiden van de bredere noodzaak van een vreedzame oplossing van het conflict in het Midden-Oosten. Nederland hecht er in dit verband aan dat Israël en Turkije bilateraal blijven zoeken naar manieren om de traditioneel goede banden te herstellen. Deze opvatting draagt Nederland zowel in contacten met beide landen als in EU-verband uit. De EU dient in haar dialoog met Israël en Turkije, waar mogelijk, bij te dragen aan verbetering van de relaties tussen beide landen.
Zie antwoord vraag 4.
Zie antwoord vraag 4.