Ingediend | 4 juni 2010 |
---|---|
Beantwoord | 15 juli 2010 (na 41 dagen) |
Indieners | Raymond de Roon (PVV), Hero Brinkman (PVV) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid politie, brandweer en hulpdiensten |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z09105.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-2935.html |
Ja.
Het signaal dat er aangiften bij de Nederlandse politie op de plank blijven liggen neem ik vanzelfsprekend serieus. Ik heb het Openbaar Ministerie en het Korpsbeheerdersberaad gevraagd om mij bericht uit te brengen ter onderbouwing van de genoemde aantallen, zodat ik mij kan beraden over de vraag of en welke maatregelen nodig zijn.
Bij de keuze welke zaken als eerste worden opgepakt is de Aanwijzing voor de opsporing van het Openbaar Ministerie (Staatscourant, jaargang 2003, nr. 41) leidend. De aanwijzing bepaalt dat het in principe zo moet zijn dat aan ieder delict zo veel aandacht wordt gegeven als nodig is om tot opheldering te komen, maar dat het in de praktijk zo kan zijn dat opsporing in een bepaalde zaak achterwege moet blijven omdat opsporingscapaciteit nodig is voor (nog) ernstigere kwesties.
De afgelopen periode is een gestage daling van veel vormen van criminaliteit ingezet. In de voortgangsrapportage Veiligheid begint bij Voorkomen, die ik op 23 april 2010 aan uw Kamer zond, worden de resultaten van de afgelopen drie jaar, waarin in samenwerking met vele partners goede resultaten zijn geboekt, geschetst. Zo is het aantal vermogensdelicten ten opzichte van 2006 met 25% gedaald en is het aantal geweldsdelicten ten opzichte van 2006 met 19% gedaald. Het aantal veelplegers is met 7% gedaald en het aantal fietsdiefstallen is met maar liefst 222.000 teruggebracht.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Het opnemen van aangiftes door de politie kan soms veel tijd in beslag nemen. Dit is een van de problemen die de politie momenteel in kaart brengt, waarbij een versoepeling van het aangifteproces nadrukkelijk een van de mogelijke oplossingen is. Daarnaast wordt door diverse korpsen geëxperimenteerd met internetaangifte.
Wat betreft de 10 duizend extra banen wijs ik erop dat er met de korpsen en uw Kamer afspraken zijn gemaakt over de capaciteit waarmee de politie haar taken moet uitvoeren. De huidige politiecapaciteit gaat de afgesproken capaciteit reeds te boven.
Hierbij bericht ik u dat de schriftelijke vragen van de leden De Roon en Brinkman (beiden PVV) over het bericht «Eenderde aangiften blijft op de plank» (ingezonden 4 juni 2010) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.