Ingediend | 2 juni 2010 |
---|---|
Beantwoord | 13 juli 2010 (na 41 dagen) |
Indiener | Martijn van Dam (PvdA) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister buitenlandse zaken, minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (CDA) |
Onderwerpen | defensie internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z09048.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-2920.html |
Ja.
Ja.
Ofschoon beide partijen ieder eenzijdig een wapenstilstand afgekondigd hebben aan het einde van de operatie Cast Lead, is daarmee geen einde gekomen aan de gewelddadigheden tussen Hamas en de staat Israël. Het (zee)oorlogsrecht blijft derhalve gelden voor de partijen.
Onder het zeeoorlogsrecht zijn strijdende partijen bevoegd neutrale schepen te onderzoeken om vast te stellen of deze inderdaad neutraal zijn. Neutrale schepen hebben de plicht om een dergelijke inspectie toe te staan. Indien op redelijke gronden zou kunnen worden aangenomen dat vermeend neutrale schepen op het punt staan een blokkade te breken, mogen deze worden overgenomen. Indien er verzet wordt gepleegd hiertegen mag zo nodig met geweld worden opgetreden.
Op grond van bovengenoemde argumenten kan ik deze mening niet delen. Onderzoek zal moeten uitwijzen of in deze kwestie conform de regels van het zeeoorlogsrecht is gehandeld.
De EU heeft opgeroepen tot een onmiddellijk, volledig en onpartijdig onderzoek conform internationale standaardennaar de gebeurtenissen en de omstandigheden waaronder deze zich hebben kunnen voltrekken; een overeenstemmende verklaring is afgelegd door de Voorzitter van de VN-Veiligheidsraad (VNVR). Ik ben voorstander van een dergelijk onpartijdig onderzoek en ondersteun dan ook de verklaringen van de EU en de VN onverkort. Inmiddels heeft Israël onderzoeken ingesteld en daarbij internationale waarnemers uitgenodigd. Hangende de uitkomsten van het Israëlische onderzoek is het dreigen met de inzet van middelen en instrumenten uit het Associatieakkoord op zijn minst voorbarig en het zal naar mijn oordeel ook niet doeltreffend zijn.
Ik ben dan ook geen voorstander van bijeenroeping van de Associatieraad EU-Israël, temeer daar Israël op20 juni 2010 heeft besloten om het toegangsbeleid tot Gaza aan te passen.Nederland heeft met instemming kennisgenomen van dit besluit. Zoals ook EUHV Ashton onmiddellijk na bekendmaking ervan in een EU-verklaring stelde, is het een significante verbetering en een positieve stap voorwaarts. De EU – en dus ook Nederland – blijven Israël oproepen om verder te gaan en te komen tot een situatie waarin onvoorwaardelijke humanitaire toegang tot Gaza een feit is en de grensovergangen open zijn voor normaal personen- en goederenverkeer, met inachtneming van de Israëlische legitieme veiligheidsbelangen, op basis van de internationale afspraken die daarover zijn gemaakt (met name de Agreement on Movement and Access 2005).
Zie antwoord vraag 6.
Zie antwoord vraag 6.