Ingediend | 15 april 2010 |
---|---|
Beantwoord | 27 mei 2010 (na 42 dagen) |
Indieners | Kathleen Ferrier (CDA), Maarten Haverkamp (CDA) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister buitenlandse zaken, minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (CDA) |
Onderwerpen | internationaal ontwikkelingssamenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z06777.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-2557.html |
Ja.
Ja.
Nederland vindt dat vrouwen, in lijn met resolutie 1325 en de resolutie van de «Interparliamentary Union» (IPU), actief betrokken moeten zijn bij de wederopbouw van Haïti en de wederopbouwplannen van de Haïtiaanse regering. Deze positie brengt Nederland over op de partijen die nauw betrokken zijn bij de wederopbouw, zoals de VN en de EU.
Tijdens de wederopbouwconferentie in New York op 31 maart jl. presenteerde de Haïtiaanse regering het wederopbouwplan en onderstreepten diverse sprekers uit het Haïtiaanse maatschappelijke middenveld het belang van vrouwen in het wederopbouwproces van Haïti.
Nederland volgt de ontwikkelingen inzake de wederopbouw en heeft reeds contact gehad met UNIFEM- en VN/OCHA vertegenwoordigers in Port-au-Prince, die hebben aangegeven dat de rol van vrouwen in de diverse wederopbouwactiviteiten verder versterkt kan worden, onder andere door concrete targets op te nemen en het budget voor het wederopbouwplan genderresponsief te maken. Zo heeft het feit dat de meerderheid van de huishoudens een vrouw aan het hoofd heeft («female headed households») consequenties voor de verschillende interventieterreinen: infrastructuurplannen dienen er rekening mee te houden dat hun voornaamste afnemers vrouwen zullen zijn, de verlichting van buurten om de veiligheid van de vrouwen en hun gezinnen te verbeteren verdient aandacht en vrouwen zullen actief betrokken dienen te worden bij inkomensgenerende initiatieven en toegang tot de markt.
Organisaties uit het maatschappelijk middenveld vervullen een cruciale functie in het verzekeren en versterken van een actieve rol van vrouwen in de wederopbouwfase. De Nederlandse Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) kunnen in dezen een voortrekkersrol spelen door die partners te ondersteunen die participatie van vrouwen bevorderen, geweld tegen vrouwen tegengaan en SRGR diensten verlenen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken stelt dit in de gesprekken met de SHO actief aan de orde. Voorts volgt Nederland via de VN en de EU de situatie nauwgezet en blijft aandacht vragen voor de versterking van de rol van vrouwen in de wederopbouw van Haïti.
Mede op initiatief van Nederland zal tijdens de jaarvergadering van de UNDP/UNFPA Uitvoerende Raad in juni a.s. een paneldiscussie over SRGR in humanitaire noodsituaties worden gehouden, waarbij de Haïti-case centraal zal staan.
Zie antwoord vraag 3.