Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de Wet langdurige zorg te wijzigen teneinde zorg in verzorgingshuizen daar opnieuw in onder te brengen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Aan artikel 3.2.1 van de Wet langdurige zorg worden twee leden toegevoegd, luidende:
7. In afwijking van het eerste lid heeft een verzekerde recht op dagelijkse begeleiding en verzorging in een beschutte woonomgeving, afgestemd op diens behoeften vanwege somatische, cognitieve of psychosociale problematiek.
8. In het zevende lid wordt onder «beschutte woonomgeving» verstaan een instelling met duurzaam verblijf en zorgverlening die zowel op afspraak als direct oproepbaar en voortdurend in de nabijheid aanwezig is, ook in de nacht, in zelfstandige woonruimtes waarbij sprake is van een gedeelde voordeur en nutsvoorzieningen.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,