Ontvangen 16 april 2024
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Aan artikel I, onderdeel G, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
6. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
9. De voordracht voor een krachtens het zevende lid, onderdeel b, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Met het voorliggende wetsvoorstel wordt een verandering in de kostentoedelingsmethode geïntroduceerd met het doel om het profijtbeginsel bij de watersysteemheffing beter toe te passen. Hiernaast wordt er een bestuurlijke bandbreedte van 25% voorgesteld waarmee waterschappen af kunnen wijken van de uitkomsten van de nieuwe kostentoedelingsmethode. Deze bandbreedte kan worden verruimd naar maximaal 50% wanneer er aan per algemene maatregel van bestuur gestelde regels voldaan wordt. De indiener merkt hierbij op dat het risico bestaat dat bij een te grote bandbreedte het beoogde doel van dit wetsvoorstel, namelijk het beter toepassen van het profijtbeginsel, tenietgedaan wordt. Om te waarborgen dat recht gedaan wordt aan beoogde doel van dit wetsvoorstel, stelt de indiener daarom voor om een lichte voorhangprocedure te laten gelden voor de algemene maatregel van bestuur onder artikel 120, zevende lid, onderdeel b.
Olger van Dijk Grinwis