Gepubliceerd: 10 juli 2023
Indiener(s): Karien van Gennip (minister sociale zaken en werkgelegenheid) (CDA)
Onderwerpen: gezin en kinderen sociale zekerheid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36393-2.html
ID: 36393-2

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om meertalige dagopvang op de kinderopvang structureel mogelijk te maken;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet kinderopvang wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de begripsbepaling van «beroepskracht meertalige buitenschoolse opvang» wordt «beroepskracht meertalige buitenschoolse opvang» vervangen door «beroepskracht meertalige kinderopvang», wordt «meertalige buitenschoolse opvang» vervangen door «meertalige kinderopvang» en wordt «bedoeld in artikel 1.50, tweede lid, onderdeel j» vervangen door «bedoeld in artikel 1.50, tweede lid, onderdeel b».

2. De begripsbepaling van «meertalige buitenschoolse opvang» vervalt.

3. In alfabetische volgorde wordt de volgende begripsbepaling ingevoegd:

meertalige kinderopvang:

kinderopvang als bedoeld in artikel 1.55, derde lid;.

B

Artikel 1.50, tweede lid, onderdeel j, vervalt, onder verlettering van de onderdelen k en l tot de onderdelen j en k.

C

Artikel 1.55 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. In afwijking van het eerste lid kan een kindercentrum meertalige kinderopvang aanbieden waarbij voor ten hoogste vijftig procent van de openingstijd per dag de Duitse, Engelse of Franse taal als voertaal worden gebruikt, met uitzondering van de krachtens artikel 1.50b, aanhef en onderdeel d, voorgeschreven tijd die het kindercentrum minimaal besteedt aan voorschoolse educatie.

2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 4. In afwijking van het derde lid kan een hoger percentage gehanteerd worden in geval van ziekte, vakantie of andere soorten verlof.

  • 5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld omtrent de voorwaarden voor afwijking van het percentage als bedoeld in het vierde lid.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking op een bij Koninklijk Besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,