Ontvangen 16 december 2021
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel III, onderdeel F, komt het voorgestelde artikel 8.11a, derde lid, te luiden:
3. De rechter bepaalt bij een maatregel de duur voor een door hem te bepalen tijd, dan wel voor het leven.
De samenleving heeft de verantwoordelijkheid dieren in bescherming te nemen tegen houders die zich schuldig hebben gemaakt aan dierenmishandeling en/of -verwaarlozing. Dierenmishandeling en/of -verwaarlozing leidt bovendien tot veel maatschappelijke onrust en tot gevoelens van onveiligheid.
Dit amendement regelt dat het houdverbod en/of gebiedsverbod voor een door de rechter te bepalen tijd dan wel levenslang kan worden opgelegd. De maximering van tien jaar wordt geschrapt.
Rechters moeten zoveel mogelijk vrijheid hebben om maatwerk te leveren. Volgens indiener kunnen strafverzwarende omstandigheden (bijvoorbeeld sadisme, langdurig lijden, meerdere dieren), (het risico van) recidive, de noodzaak om dieren te beschermen tegen extreem leed en het belang van het herstel van de rechtsorde een rechtvaardiging zijn voor een levenslang houdverbod en/of gebiedsverbod.
Wassenberg