Voorgesteld 13 oktober 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er geen heldere definities zijn van het bestaansminimum;
van mening dat het van groot belang is voor bestaanszekerheid en voor armoedebestrijding om te bepalen wat het bestaansminimum is voor verschillende groepen mensen (alleenstaanden, gezinnen met en zonder kinderen, studenten, mensen die opgenomen zijn in een Wlz-instelling), om daar vervolgens het beleid op te baseren;
verzoekt de regering samen met het Nibud een commissie in te stellen die normen voor het bestaansminimum – inclusief sociale participatie – vastlegt, inclusief welke toegankelijkheid tot welke voorziening daarvoor nodig is (zoals aanwezigheid van een betaalbare woning of reiskostenvergoeding woon-werkverkeer).
en gaat over tot de orde van de dag.
Omtzigt
Gijs van Dijk
Van der Plas
Pouw-Verweij
Stoffer
Van Baarle
Kwint
Maatoug
Teunissen
Gündoğan
Simons