Voorgesteld 30 maart 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de staatscommissie Grondwet in 2010 constateerde dat verschillende belangrijke mensenrechten niet in onze Grondwet zijn opgenomen;
overwegende dat de symbolische functie van de Grondwet versterkt kan worden door bepaalde fundamentele internationale mensenrechten, waaraan Nederland nu reeds is gebonden, ook in onze eigen nationale Grondwet op te nemen;
verzoekt de regering te bezien of en op welke wijze fundamentele mensenrechten die daar nu niet expliciet in zijn opgenomen, kunnen worden toegevoegd aan de Grondwet,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Graaf
Maatoug
Arib