Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de uitvoering van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten op punten te vereenvoudigingen en enkele technische onvolkomenheden en omissies te herstellen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1:2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «het adres» vervangen door «het adres en het vestigingsnummer als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007».
2. In het eerste lid, onderdeel d, wordt «zorg en» geschrapt.
3. In het tweede lid wordt na «ten aanzien van» ingevoegd: «een zorgaanbieder die uitsluitend verplichte zorg verleent ter uitvoering van een crisismaatregel, machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging waarvoor een andere zorgaanbieder op grond van artikel 8:7 verantwoordelijk is of».
4. In het derde lid wordt «Bij algemene maatregel van bestuur kunnen bouwkundige eisen worden gesteld» vervangen door «De zorgaanbieder draagt zorg voor de naleving van bouwkundige eisen die bij algemene maatregel van bestuur kunnen worden gesteld».
B
Artikel 1:7, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b wordt «of» geschrapt.
2. De punt aan het slot van onderdeel c wordt vervangen door «, of».
C
In artikel 2:1, derde lid, wordt «de proportionaliteit en subsidiariteit, waaronder begrepen de verplichte zorg in ambulante omstandigheden, alsmede de doelmatigheid» vervangen door «, waaronder begrepen de verplichte zorg in ambulante omstandigheden, de proportionaliteit, subsidiariteit, effectiviteit».
D
In artikel 2:2 wordt het tweede tweede lid vernummerd tot derde lid.
E
In artikel 2:4, eerste lid, wordt «a tot en met h» vervangen door «a tot en met i».
F
In artikel 3:3, aanhef, wordt «een psychogeriatrische aandoening of een verstandelijke handicap» vervangen door «een psychogeriatrische aandoening, verstandelijke handicap, of een op grond van artikel 1, vierde lid van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten daarmee gelijkgestelde ziekte of aandoening».
G
In artikel 4:1 vervalt het vierde lid, onder vernummering van het vijfde, zesde en zevende lid tot vierde, vijfde en zesde lid.
H
In artikel 5:4, tweede lid, wordt «hij» telkens vervangen door «de geneesheer-directeur».
I
In hoofdstuk 6 vervalt de aanduiding «§ 1. Afgifte zorgmachtiging».
J
Artikel 6:2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel e, wordt «artikel 6:6, onderdeel a» vervangen door «artikel 6:6, eerste lid, onderdeel a».
2. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
4. Indien de rechter toepassing geeft aan het bepaalde in artikel 6:1, vijfde lid, doet de rechter, in afwijking van het bepaalde in het eerste lid, onderdelen a, b, c of e, zo spoedig mogelijk uitspraak.
K
In artikel 6:4, tweede lid, wordt «in afwijking van het zorgplan» vervangen door «, in afwijking van het verzoekschrift, bedoeld in artikel 5:17, eerste lid, of de bijlagen, bedoeld in artikel 5:17, derde tot en met vijfde lid,».
L
Artikel 6:6 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst van artikel 6:6 wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Het eerste lid, onderdeel a (nieuw), komt te luiden:
a. de geldigheidsduur is verstreken;
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Indien de officier van justitie voordat de geldigheidsduur, bedoeld in artikel 6:5, onderdeel a, is verstreken, dan wel uiterlijk vier weken voordat de geldigheidsduur, bedoeld in artikel 6:5, onderdelen b en c, is verstreken, een nieuw verzoek voor een zorgmachtiging heeft ingediend, vervalt de eerdere zorgmachtiging in afwijking van het eerste lid, onderdeel a, als de rechter op het verzoekschrift heeft beslist of door het verstrijken van de termijn, bedoeld in artikel 6:2, eerste lid, onderdeel e.
M
Artikel 7:1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, onderdeel a, wordt «het vastgestelde model» vervangen door «het vastgestelde model, bedoeld in het zesde lid» en wordt na «de actuele gezondheidstoestand van betrokkene» ingevoegd: «, de noodzakelijk geachte vormen van verplichte zorg,».
2. In het vijfde lid wordt na «verstrekt op aanvraag van de psychiater aan hem» ingevoegd: «de gegevens, bedoeld in het vierde lid, en».
N
Artikel 7:2, zesde lid, komt te luiden:
6. De burgemeester draagt ervoor zorg dat de zorgverantwoordelijke ten behoeve van de verplichting, bedoeld in artikel 8:4, eerste lid, een afschrift van de afgegeven medische verklaring, bedoeld in artikel 7:1, derde lid, onderdeel a, ontvangt.
O
In artikel 7:3, vierde lid, onderdeel b, wordt «die zorg verlenen op basis van vrijwilligheid» geschrapt.
P
In artikel 7:6, zesde lid, wordt «bedoeld in het eerste lid» vervangen door «bedoeld in het vierde lid».
Q
Aan het slot van artikel 7:10, onderdeel a, wordt toegevoegd: «, onderscheidenlijk, zodra de rechter onder toepassing van artikel 6:2, vijfde lid, op het verzoekschrift heeft beslist».
R
In artikel 7:11, vijfde lid, wordt «zorgverantwoordelijke, alsmede in voorkomend geval aan de aanvrager, bedoeld in het tweede lid» vervangen door «geneesheer-directeur».
S
Artikel 8:1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het vierde lid vervalt «of de uitvoering».
2. In het vijfde lid wordt «ambtshalve of op verzoek van» vervangen door «of» en vervalt «of uitvoering».
T
Artikel 8:4, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel g, wordt «de zorgplan» vervangen door «het zorgplan».
2. In onderdeel j wordt «of zorgmachtiging» vervangen door «, zorgmachtiging, artikel 7:3 of artikel 8:11».
3. Onderdeel k komt te luiden:
k. de behandeling op grond van artikel 9:6, het toepassen van middelen of maatregelen als bedoeld in artikel 9:8, eerste lid, of het opleggen van beperkingen als bedoeld in artikel 9:9.
U
Artikel 8:7, tweede lid, komt te luiden:
2. De zorgaanbieder verleent, naast de tijdelijke verplichte zorg voorafgaand aan de crisismaatregel, bedoeld in artikel 7:3, uitsluitend de vormen van verplichte zorg die zijn opgenomen in de zorgmachtiging, de crisismaatregel, de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel, of een beslissing op grond van de artikelen 8:11 tot en met 8:14.
V
Aan artikel 8:12, eerste lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:
«Indien de termijn, bedoeld in de eerste volzin, eindigt op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag als bedoeld in de Algemene termijnenwet, wordt deze verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.»
W
In artikel 8:14, eerste lid, wordt «een aanzienlijk risico op ernstige schade» vervangen door «ernstig nadeel».
X
Artikel 8:16 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «de vertegenwoordiger» ingevoegd «, de advocaat».
2. In het tweede lid wordt na «de vertegenwoordiger» ingevoegd «, de advocaat».
3. In het vierde lid wordt, onder verlettering van onderdelen d tot en met g tot e tot en met h, een onderdeel ingevoegd, luidende:
d. advocaat,
Y
Artikel 8:17 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het zesde lid wordt «de vertegenwoordiger en de advocaat» vervangen door «de vertegenwoordiger, de advocaat en de zorgverantwoordelijke».
2. In het zevende lid wordt «de tijdelijke onderbreking» vervangen door «de beslissing tot tijdelijke onderbreking».
3. In het achtste lid wordt na «De geneesheer-directeur kan» ingevoegd «de voor de continuïteit van zorg voor betrokkene relevante familie en naasten en».
4. In het negende lid wordt «Het zesde lid is» vervangen door «Het zesde en zevende lid zijn».
Z
Artikel 8:18 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «het criterium» vervangen door «de criteria».
2. Het derde lid komt te luiden:
3. Voor zover aan betrokkene verplichte zorg wordt verleend, houdende opname in een accommodatie, en betrokkene blijkens de eerder afgegeven medische verklaring ernstig nadeel voor een ander heeft veroorzaakt, neemt de geneesheer-directeur niet eerder een beslissing over beëindiging van de verplichte zorg op grond van een crisismaatregel, machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging dan nadat hij overleg heeft gevoerd met de burgemeester die de crisismaatregel heeft afgegeven, in geval van beëindiging van de crisismaatregel, of met de officier van justitie en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar betrokkene ingezetene is dan wel naar verwachting zal verblijven, in geval van beëindiging van de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging. Voorts neemt de geneesheer-directeur niet eerder een beslissing over beëindiging van de verplichte zorg op grond van een zorgmachtiging dan nadat hij zich door middel van een medische verklaring van een psychiater, indien van toepassing volgens het vastgestelde model, bedoeld in het veertiende lid, op de hoogte heeft gesteld van het oordeel van de psychiater over zijn voornemen om de verplichte zorg te beëindigen en over de actuele gezondheidstoestand van betrokkene.
3. In het negende lid wordt «de vertegenwoordiger en de advocaat» vervangen door «de vertegenwoordiger, de advocaat en de zorgverantwoordelijke», en wordt «het tiende lid» vervangen door «het achtste lid».
4. In het dertiende lid wordt «de vertegenwoordiger en de advocaat» vervangen door «de vertegenwoordiger, de advocaat en de zorgverantwoordelijke,», en wordt aan het slot toegevoegd: «De geneesheer-directeur informeert tijdig de burgemeester over de intrekking van de beëindiging van de verplichte zorg op grond van een crisismaatregel, of de officier van justitie over de intrekking van de beëindiging van de verplichte zorg op grond van een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging.»
AA
Aan het slot van artikel 8:22, tweede lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:
Het Zorginstituut, genoemd in artikel 58, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet, is belast met het beheer van de standaarden die worden gebruikt in het elektronisch gegevensverkeer op grond van deze wet.
BB
Artikel 8:24, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel a komt te luiden:
a. de naam van betrokkene, diens burgerservicenummer, de naam van de zorgverantwoordelijke en de naam van de geneesheer-directeur.
2. Onder verlettering van onderdeel m tot onderdeel n wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
m. de behandeling op grond van artikel 9:6, het toepassen van middelen of maatregelen als bedoeld in artikel 9:8, eerste lid, of het opleggen van beperkingen als bedoeld in artikel 9:9;
CC
In artikel 8:32, derde lid, wordt «, beslissingen en zelfbindingsverklaringen, bedoeld in artikel 8:23, onderdelen h tot en met l,» vervangen door «en beslissingen, bedoeld in artikel 8:23, onderdelen h tot en met k,» en wordt aan het slot toegevoegd: «Het openbaar ministerie bewaart zelfbindingsverklaringen, bedoeld in artikel 8:23, onderdeel l, gedurende één jaar, te rekenen vanaf het einde van de geldigheidsduur van de zelfbindingsverklaring.»
DD
In artikel 9:4, tweede lid, wordt na «5:14, eerste lid,» ingevoegd «onderdelen a tot en met d en f tot en met j,».
EE
In artikel 9:8, eerste lid, onderdeel a, wordt «een aanzienlijk risico op ernstig nadeel» vervangen door «ernstig nadeel».
FF
In artikel 9:10 wordt na «8:27,» ingevoegd «8:27a,».
GG
Artikel 9:11 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «artikel 2, eerste lid, aanhef, van de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden,» ingevoegd «en voor zover dit anderszins noodzakelijk is voor de vaststelling van de identiteit».
2. In het tweede lid wordt «Artikel 29a, tweede lid» vervangen door «Artikel 29c, tweede lid».
HH
Artikel 10:3 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Indien uitvoering wordt gegeven aan artikel 6:4, vierde en vijfde lid, of sprake is van de situatie zoals omschreven in artikel 8:12, achtste lid, kan betrokkene, de vertegenwoordiger of een nabestaande van betrokkene een schriftelijke en gemotiveerde klacht indienen bij de klachtencommissie over een beslissing op grond van artikel 3.4, eerste of tweede lid, van de Wet forensische zorg, artikelen 42, vijfde lid, 44, of hoofdstukken V, VI of VII van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden.
II
Artikel 13:3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het vierde lid wordt «de crisismaatregel» vervangen door «een crisismaatregel, machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging».
2. In het vijfde lid wordt «een aanzienlijk risico op ernstige schade voor hemzelf of voor een ander» vervangen door «ernstig nadeel voor hemzelf of een ander tot gevolg».
JJ
Artikel 13:3a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «een aanzienlijk risico op ernstige schade voor hemzelf of voor een ander» vervangen door «ernstig nadeel voor hemzelf of een ander tot gevolg».
2. In het derde lid, onderdeel e, wordt «communicatie wordt opgenomen» vervangen door «stelselmatige observatie plaatsvindt».
3. In het vijfde lid wordt «tweede lid» vervangen door «vierde lid».
4. In het zesde lid wordt «eerste lid, onderdeel f» vervangen door «eerste lid, onderdeel e».
5. Het zevende lid komt te luiden als volgt:
7. Bij dringende noodzaak kan het bevel of de machtiging van de rechter-commissaris, bedoeld in het eerste lid, mondeling worden gegeven. In dat geval stelt de officier van justitie het bevel, of de rechter-commissaris de machtiging, binnen drie dagen op schrift.
KK
Artikel 13:4 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Aan het slot van het eerste lid, onderdeel g, wordt toegevoegd: «, eerste lid».
b. Onderdeel i komt te luiden:
i. 5:13, eerste tot en met vierde, zesde en zevende lid;
c. Onderdeel l vervalt, onder verlettering van onderdelen m tot en met s tot l tot en met r.
d. Onderdeel t vervalt, onder verlettering van onderdelen u tot en met qq tot s tot en met oo.
e. Onderdeel rr vervalt, onder verlettering van onderdelen ss en tt tot pp en qq.
f. Onderdeel uu vervalt, onder verlettering van onderdelen vv tot en met yy tot rr tot en met uu.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onderdeel a, komt te luiden:
a. 1:2, eerste en derde lid;
b. In onderdeel c vervalt «eerste lid».
c. Onder verlettering van onderdelen d tot en met l tot f, g, i tot en met o, worden na onderdeel c, respectievelijk onderdeel e (nieuw) onderdelen ingevoegd, luidende:
d. 5:13, eerste tot en met vierde lid, zesde en zevende lid;
e. 8:4;
h. 8:15, eerste, tweede en vijfde lid;
d. Aan het slot van onderdeel o (nieuw) wordt toegevoegd: «, eerste lid».
e. De onderdelen m (oud) en n (oud) vervallen.
f. Na onderdeel o (nieuw) worden vijf onderdelen toegevoegd, luidende:
p. 11:2;
q. 11:3;
r. 12:1, eerste lid, eerste volzin;
s. 12:2;
t. 12:3;
3. Het vierde lid komt te luiden:
4. In het geval van een overtreding door een zorgverantwoordelijke of geneesheer-directeur wordt de bestuurlijke boete, bedoeld in het eerste lid, of de last onder dwangsom, bedoeld in het tweede lid, opgelegd aan de zorgaanbieder namens wie hij zijn taken uitvoert. Indien de ernst van de overtreding of de omstandigheden waaronder deze is begaan daartoe aanleiding geven, wordt die overtreding aan het openbaar ministerie voorgelegd.
LL
In artikel 13:5, eerste lid, wordt na «iemand van zijn vrijheid berooft» ingevoegd «of doet beroven», en wordt na «tegen zijn wil op te nemen» ingevoegd «of te laten opnemen».
De Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. in de onderdelen c en f wordt «vierde lid» vervangen door «derde lid»;
b. in onderdeel m wordt «gezondheidspsycholoog» vervangen door «gezondheidszorgpsycholoog».
2. In het zesde lid wordt «voor opname» vervangen door «tot opname en verblijf» en wordt «zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg» vervangen door «zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg zodra die cliënt is opgenomen in een accommodatie».
3. Onder vernummering van het zevende en achtste lid tot achtste en negende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
7. Een op grond van deze wet voor een cliënt afgegeven machtiging tot opname en verblijf in een accommodatie schorst een eerdere voor die cliënt afgegeven rechterlijke machtiging op grond van hoofdstuk 6 van de Jeugdwet zodra de cliënt is opgenomen in een accommodatie. De schorsing eindigt op het moment dat de machtiging tot opname en verblijf vervalt. Bij toepassing van deze bepaling is artikel 6.1.12, derde lid, van de Jeugdwet niet van toepassing.
B
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «voor zover hij een taak heeft als wettelijk vertegenwoordiger of voor zover een daartoe deskundige, niet zijnde de bij de zorg betrokken arts,» vervangen door «voor zover een deskundige» en wordt in de tweede volzin «de bij de zorg betrokken arts» vervangen door «een niet bij de zorg betrokken deskundige».
2. Het vijfde lid komt te luiden:
5. Degene die door een cliënt schriftelijk wordt gemachtigd om als zijn vertegenwoordiger op te treden, is meerderjarig en handelingsbekwaam en verklaart schriftelijk bereid te zijn om als vertegenwoordiger op te treden.
3. Het zesde lid vervalt, onder vernummering van het zevende lid tot en met negende lid tot zesde lid tot en met achtste lid.
4. In het achtste lid (nieuw) wordt «Indien een cliënt geen vertegenwoordiger heeft,» vervangen door «Indien een cliënt niet tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake van de uitoefening van zijn rechten en plichten op grond van deze wet in staat is en geen vertegenwoordiger optreedt,».
C
In artikel 3a, vierde lid, wordt «de leeftijd van twaalf maar nog niet van zestien jaar heeft bereikt en die in staat wordt geacht tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake,» vervangen door «de leeftijd van twaalf maar nog niet van zestien jaar heeft bereikt,».
D
In artikel 5, tweede lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:
De zorgverantwoordelijke draagt tevens zorg voor de naleving van nadere regels over het opstellen, vaststellen, uitvoeren, evalueren en aanpassen van zorgplannen die bij algemene maatregel van bestuur kunnen worden gesteld.
E
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «Zorg wordt uitsluitend verleend» vervangen door «De zorgaanbieder verleent uitsluitend zorg».
2. In het tweede lid wordt «het zorgplan nog niet is vastgesteld» vervangen door «de zorgverantwoordelijke het zorgplan nog niet heeft vastgesteld».
F
In artikel 8 vervalt het derde lid, onder vernummering van vierde tot en met zesde lid tot derde tot en met vijfde lid.
G
In artikel 9, zevende lid, wordt «Het zorgplan wordt aangepast» vervangen door «De zorgverantwoordelijke past het zorgplan aan» en wordt «wordt nader overleg gevoerd» vervangen door «voert de zorgverantwoordelijke nader overleg».
H
In artikel 10, derde lid, wordt «Onvrijwillige zorg wordt niet in het zorgplan opgenomen» vervangen door «De zorgverantwoordelijke neemt onvrijwillige zorg niet in het zorgplan op».
I
Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «totdat de externe deskundige heeft geadviseerd» vervangen door «totdat de externe deskundige heeft geadviseerd en de zorgverantwoordelijke het zorgplan op basis van het advies van de externe deskundige binnen een redelijke termijn heeft aangepast».
2. In het derde lid wordt «Artikel 10, achtste lid, zijn» vervangen door «Artikel 10, achtste lid, is».
J
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «op grond van een schriftelijke beslissing» vervangen door «op grond van een beslissing».
2. Het tweede lid komt te luiden:
2. De zorgverantwoordelijke legt de beslissing, bedoeld in het eerste lid, zo spoedig mogelijk schriftelijk vast. In de schriftelijke beslissing vermeldt de zorgverantwoordelijke voor welke termijn de beslissing geldt. De termijn is niet langer dan strikt noodzakelijk, en in ieder geval niet langer dan twee weken.
K
Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, onderdeel i wordt «artikel 22, negende lid, onderdeel c» vervangen door «artikel 22, tiende lid, onderdeel c».
2. In het derde lid, wordt «wordt, zodra de onvrijwillige zorg is verleend, daarvan melding gemaakt» vervangen door «draagt de zorgverantwoordelijke ervoor zorg dat, zodra de onvrijwillige zorg is verleend, daarvan melding wordt gemaakt».
L
Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid, onderdeel a komt te luiden:
a. de naam van de cliënt, diens burgerservicenummer, de naam van de zorgverantwoordelijke en de naam van de Wzd-functionaris;
2. In de tweede volzin van het tweede lid wordt «op een bij of krachtens die maatregel» vervangen door «in plaats van aan de inspectie op een bij of krachtens die maatregel».
M
In artikel 18, eerste lid, wordt «verplichte onvrijwillige zorg» vervangen door «onvrijwillige zorg».
N
In artikel 18a, tweede lid, wordt «artikel 26, vijfde lid, onderdeel d» vervangen door «artikel 26, zesde lid, onderdeel d».
O
In artikel 18ba, eerste lid, wordt «artikel 18a, tweede lid, onderdeel c» vervangen door «artikel 18b, tweede lid, onderdeel c ».
P
Aan het slot van artikel 18c, zesde lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende:
Het Zorginstituut, genoemd in artikel 58, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet, is belast met het beheer van de standaarden die worden gebruikt in het elektronisch gegevensverkeer op grond van deze wet.
Q
Aan artikel 19 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Voordat een zorgaanbieder het beleidsplan vaststelt, vraagt de zorgaanbieder hierover advies aan de cliëntenraad, bedoeld in artikel 3 van de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018. De artikelen 6, eerste lid, eerste volzin, en 7, vijfde en zesde lid, van de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018 zijn van toepassing.
R
Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «het adres» vervangen door «het adres en het vestigingsnummer als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007».
2. Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid wordt na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende:
2. De verplichtingen, bedoeld in het eerste lid, gelden niet ten aanzien van een zorgaanbieder die uitsluitend onvrijwillige zorg verleent ter uitvoering van een onder verantwoordelijkheid van een andere zorgaanbieder opgesteld zorgplan.
3. In het derde lid (nieuw) wordt «Bij algemene maatregel van bestuur kunnen bouwkundige eisen worden gesteld» vervangen door «De zorgaanbieder draagt zorg voor de naleving van bouwkundige eisen die bij algemene maatregel van bestuur kunnen worden gesteld».
S
Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het zevende lid wordt «een aanvraag, bedoeld in het eerste en derde lid,» vervangen door «een aanvraag als bedoeld in het eerste en derde lid,».
2. Onder vernummering van het achtste tot en met elfde lid tot negende tot en met twaalfde lid, wordt na het zevende lid een lid ingevoegd, luidende:
8. Bij de behandeling van een aanvraag kan het CIZ gebruikmaken van de informatie die aan het CIZ is verstrekt voor de vaststelling van het recht op zorg, bedoeld in de artikelen 3.2.3 en 3.2.4 van de Wet langdurige zorg. Deze informatie kan bestaan uit bijzondere persoonsgegevens.
T
In artikel 25, derde lid, wordt «de aanvraag in de vierde week voor het einde van de geldigheidsduur» vervangen door «de aanvraag voor het einde van de geldigheidsduur».
U
In de artikelen 25, derde lid, 26, eerste lid, 38, eerste lid, en 39, eerste lid wordt «een machtiging tot verlenging van de inbewaringstelling» vervangen door «een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling».
V
Artikel 26 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «na de dag van verzending van de aanvraag» vervangen door «na de dag van ontvangst van de aanvraag».
2. Onder vernummering van het tweede tot en met zevende lid tot derde tot en met achtste lid, wordt na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende:
2. Bij de behandeling van een aanvraag kan het CIZ gebruikmaken van de informatie die aan het CIZ is verstrekt voor de vaststelling van het recht op zorg, bedoeld in de artikelen 3.2.3 en 3.2.4 van de Wet langdurige zorg. Deze informatie kan bestaan uit bijzondere persoonsgegevens.
W
Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «artikel 26, vijfde lid, onderdeel d,» vervangen door «artikel 26, zesde lid, onderdeel d,».
2. Het vierde lid, vervalt.
X
Artikel 28aa wordt als volgt gewijzigd:
1. Het vierde lid komt te luiden:
4. Artikel 26, eerste, tweede, vierde, zesde en negende lid, zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat uit de verklaring, bedoeld in artikel 26, zesde lid, onderdeel d, blijkt dat wordt voldaan aan de gronden, bedoeld in het tweede lid van dit artikel.
2. In het vijfde lid wordt «overeenkomstig artikel 5 en na het doorlopen van de procedure van artikel 9» vervangen door «overeenkomstig artikel 7 en na het doorlopen van de procedure van artikel 9».
Y
In artikel 28ab, vierde lid, wordt «artikel 26, vijfde lid, onderdeel d,» vervangen door «artikel 26, zesde lid, onderdeel d,».
Z
In artikel 28a, tweede lid, onderdeel b, wordt «artikel 26, vijfde lid, onderdeel d,» vervangen door «artikel 26, zesde lid, onderdeel d,» en wordt «de artikelen 26, zevende lid en 27» vervangen door «artikel 27».
AA
Artikel 28c, derde lid, komt te luiden:
3. Indien de zorgaanbieder of aanbieder, bedoeld in het tweede lid, de betrokkene niet binnen een week na ontvangst van de beschikking heeft opgenomen, meldt de Wlz-uitvoerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de cliënt ingezetene is of de zorgverzekeraar dit direct aan de inspectie.
BB
In artikel 29, achtste lid, wordt «Onze Minister van Binnenlandse Zaken» vervangen door «Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties».
CC
In de artikelen 29, negende lid, en 40 wordt «artikel 261 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek» vervangen door «artikel 265b van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek».
DD
Artikel 33 komt te luiden:
1. De burgemeester gaat binnen 24 uur na afgifte van de beschikking, bedoeld in artikel 29, over tot tenuitvoerlegging van de beschikking.
2. Zo nodig kan de burgemeester bij de tenuitvoerlegging de hulp inroepen van zorgverleners met kennis van en ervaring met het verlenen van zorg voor mensen met een psychogeriatrische aandoening of verstandelijke handicap.
3. Zo nodig kan de burgemeester bij de tenuitvoerlegging de hulp inroepen van ambtenaren van politie.
4. De personen, bedoeld in het tweede en derde lid, kunnen, uitsluitend voor zover dat redelijkerwijs nodig is voor de tenuitvoerlegging:
a. elke plaats betreden waar de betrokkene zich bevindt;
b. de betrokkene voorwerpen ontnemen die een gevaar voor de veiligheid van de betrokkene of van anderen kunnen opleveren en hem daartoe aan de kleding of aan het lichaam onderzoeken.
5. De ambtenaren van politie, bedoeld in het derde lid, kunnen uitsluitend voor zover dat redelijkerwijs nodig is voor de tenuitvoerlegging, de woning van betrokkene zonder zijn toestemming binnentreden.
6. Zo mogelijk worden de overeenkomstig het vierde lid ontnomen voorwerpen met de betrokkene overgebracht naar de accommodatie waarin hij wordt opgenomen. In de accommodatie wordt aan betrokkene of zijn vertegenwoordiger een bewijs van ontvangst afgegeven waarin die voorwerpen zijn omschreven. De voorwerpen worden voor betrokkene bewaard, voor zover dit niet in strijd is met enig wettelijk voorschrift.
EE
Aan artikel 35 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. De burgemeester zorgt ervoor dat de zorgaanbieder die de zorg levert in de accommodatie waar de betrokkene wordt opgenomen een afschrift van de beschikking ontvangt alsmede van de medische verklaring, bedoeld in artikel 30, eerste lid, ten behoeve van de verplichting, bedoeld in artikel 16, eerste en tweede lid.
FF
In artikel 37, vierde lid, wordt «26, tweede tot en met vijfde lid» vervangen door «26, tweede tot en met zesde lid».
GG
In artikel 38, vierde lid, onderdeel e, wordt «artikel 26, vijfde lid, onderdeel d,» vervangen door «artikel 26, zesde lid, onderdeel d,».
HH
In artikel 39, vierde lid, wordt «de machtiging tot verlenging van de inbewaringstelling» vervangen door «de machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling».
II
In artikel 43 wordt «artikel 26, vijfde lid, onderdeel d,» vervangen door «artikel 26, zesde lid, onderdeel d,».
JJ
In artikel 47, zesde lid, wordt «de advocaat» vervangen door «de advocaat van de cliënt of de vertegenwoordiger».
KK
Artikel 48 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «de rechterlijke machtiging» vervangen door «de machtiging tot opname en verblijf, de machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling».
2. In het vierde lid, onderdeel b, wordt «de machtiging tot opname en verblijf» vervangen door «de machtiging tot opname en verblijf of de machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling».
3. In het elfde en vijftiende lid wordt «de advocaat» vervangen door «de advocaat van de cliënt of de vertegenwoordiger».
LL
In artikel 50 wordt «artikel 49, eerste lid,» vervangen door «artikel 49,».
MM
Artikel 51 wordt als volg gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «Bij de eerste opname in een accommodatie» vervangen door «Bij de eerste opname in een accommodatie,».
2. In het tweede lid wordt «Artikel 29a, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering» vervangen door «Artikel 29c, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering».
NN
In artikel 55, eerste lid, onderdeel a, wordt «artikel 3, eerste lid» vervangen door «artikel 3, tweede lid».
OO
In artikel 56b, zesde lid, wordt «de advocaat» vervangen door «de advocaat van de indiener van klacht».
PP
Artikel 61 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onderdeel a komt te luiden:
a. 2a, eerste tot en met derde lid;
b. Onder verlettering van de onderdelen b tot en met m tot c tot en met n wordt na onderdeel a ingevoegd:
b. 2b;
c. Onderdeel g (nieuw) komt te luiden:
g. 8, eerste lid;
d. Onderdeel h (nieuw) komt te luiden:
h. 9, derde en vijfde tot en met zevende lid;
e. Onderdeel i (nieuw) komt te luiden:
i. 10, derde en zesde tot en met tiende lid;
f. Onderdeel j (nieuw) komt te luiden:
j. 11, eerste, derde en vierde lid;
g. Onderdeel n (oud) vervalt.
h. Onderdeel q komt te luiden:
q. 18a, eerste, vierde en vijfde lid, wat betreft de zorgaanbieder;
i. Onder verlettering van de onderdelen x tot en met aa tot y tot en met bb wordt na onderdeel w een onderdeel ingevoegd, luidende:
x. 28ac, eerste en vierde lid;
j. Onderdeel aa (nieuw) komt te luiden:
aa. 34, wat betreft de zorgaanbieder;
k. onderdeel bb (oud) vervalt.
l. Onderdeel cc komt te luiden:
cc. 46, eerste lid;
m. Onderdeel ee komt te luiden:
ee. 48, eerste tot en met elfde lid en veertiende en vijftiende lid, wat betreft de zorgaanbieder en de Wzd-functionaris;
n. Onderdeel ff komt te luiden:
ff. 50, wat betreft de zorgaanbieder;.
o. Onder verlettering van de onderdelen hh en ii tot gg en hh vervalt onderdeel gg (oud).
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onder verlettering van de onderdelen a tot en met j tot j en k, m tot en met s en u wordt voor onderdeel j (nieuw) ingevoegd:
a. 2a, eerste lid;
b. 2b, eerste en tweede lid;
c. 5;
d. 6;
e. 7;
f. 8, eerste lid
g. 9, derde en vijfde tot en met zevende lid;
h. 10, derde en zesde tot en met tiende lid;
i. 11, eerste, derde en vierde lid;
b. Onderdeel j (nieuw) komt te luiden:
j. 11a;
c. Na onderdeel k (nieuw) wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
l. 16;
d. Onderdeel s (nieuw) komt te luiden:
s. 34, wat betreft de zorgaanbieder;
e. Na onderdeel s (nieuw) wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
t. 45, eerste en tweede lid;
f. Onderdeel u (nieuw) komt te luiden:
u. 53;
g. De onderdelen k, l en m (oud) worden verletterd tot v, w en x.
h. Onderdeel X (nieuw) komt te luiden:
x. 58.
i. Onderdeel n (oud) vervalt.
3. Het derde lid komt te luiden:
3. In het geval van een overtreding door een zorgverantwoordelijke, een zorgverlener of Wzd-functionaris wordt de bestuurlijke boete, bedoeld in het eerste lid, of de last onder dwangsom, bedoeld in het tweede lid, opgelegd aan de zorgaanbieder namens wie hij zijn taken uitvoert. Indien de ernst van de overtreding of de omstandigheden waaronder deze is begaan daartoe aanleiding geven, wordt die overtreding aan het openbaar ministerie voorgelegd.
In artikel 13, derde lid, van de Participatiewet wordt «de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten» vervangen door «de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg, de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten», en wordt «en op de persoon» vervangen door «of op de persoon».
In artikel 6.1.2, tiende lid, van de Jeugdwet wordt «een zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg» vervangen door «een zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg dan wel een machtiging tot opname en verblijf op grond van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten» en wordt «die zorgmachtiging» vervangen door «die zorgmachtiging respectievelijk machtiging tot opname en verblijf».
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
De Minister voor Medische Zorg,
De Minister voor Rechtsbescherming,