Kamerstuk 35625-14

Motie van het lid Bouchallikh c.s. over een laagdrempelige vorm van rechtshulp voor mbo-studenten

Dossier: Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs met het oog op de verbetering van de rechtsbescherming van mbo-studenten


96,7 %
3,3 %

DENK

Volt

PvdD

BIJ1

Groep Van Haga

SP

JA21

PVV

VVD

GL

D66

SGP

CDA

PvdA

BBB

CU

FVD

Fractie Den Haan

Omtzigt


Nr. 14 MOTIE VAN HET LID BOUCHALLIKH C.S.

Voorgesteld 27 januari 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Landelijk Studenten Rechtsbureau en de Studentenlijn bijdragen aan de toegankelijkheid van juridische hulp voor studenten op het hbo of op de universiteit bij onderwijsrechtelijke klachten;

constaterende dat voor mbo-studenten op dit moment niet een soortgelijke laagdrempelige vorm van rechtshulp bestaat;

overwegende dat de stap naar de Raad van State voor het beslechten van geschillen voor studenten soms kan aanvoelen als een grote drempel;

overwegende dat op dit moment het Landelijk Studenten Rechtsbureau en de Studentenlijn te maken hebben met een ontoereikende begroting en vergoeding voor hun werkzaamheden;

verzoekt de regering om in gesprek te gaan met het Landelijk Studenten Rechtsbureau, de Studentenlijn en JOB om te verkennen of een vergelijkbare ondersteuning voor mbo-studenten kan worden ingericht en welke middelen nodig zijn voor een adequate voorziening voor zowel studenten in het mbo, het hbo en de universiteit,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bouchallikh

Westerveld

De Hoop

Van Baarle