Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State d.d. 15 juli 2020 en het nader rapport d.d. 17 augustus 2020, aangeboden aan de Koning door de Minister voor Medische zorg. Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Bij Kabinetsmissive van 2 juli 2020, no. 2020001307, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister voor Medische Zorg, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg in verband met de organisatie van de regionale tuchtcolleges en tot het aanbrengen van enkele andere wijzigingen, met memorie van toelichting.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw Kabinet van 2 juli 2020, no. 2020001307, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 15 juli 2020, no. W13.20.0212/III, bied ik U hierbij aan.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke opmerkingen bij het voorstel.
De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.
De Afdeling adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De vice-president van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke opmerkingen bij het voorstel.
In het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zijn een aantal niet inhoudelijke wijzigingen aangebracht. Die wijzigingen betreffen de door de Afdeling gemaakte redactionele opmerkingen, een aantal andere redactionele punten en een aanvulling in de memorie van toelichting van de cijfers over het aantal klachten van het jaar 2019.
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark
Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no. W13.20.0212/III
– Artikel I, onderdelen B en C, van het voorstel inhoudelijk toelichten.
– De formulering van de voorhangbepaling (artikel 91 Wet BIG) in lijn brengen met aanwijzing 2.36 van de Aanwijzingen voor de regelgeving.
Het gebruik van een fictie in lijn met aanwijzing 3.10 van de Aanwijzingen voor de regelgeving vermijden en daartoe artikel I, onderdeel C, van het voorstel herformuleren.