Kamerstuk 35398-8

Amendement van het lid Wassenberg over een algemeen verbod op het doden van dieren met uitzondering van voor de productie van dierlijke producten

Dossier: Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese diergezondheidswetgeving

Gepubliceerd: 21 april 2021
Indiener(s): Frank Wassenberg (PvdD)
Onderwerpen: dieren landbouw
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35398-8.html
ID: 35398-8

Nr. 8 AMENDEMENT VAN HET LID WASSENBERG

Ontvangen 21 april 2021

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I wordt voor onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:

0A

In artikel 2.10, eerste lid, vervalt «behorend tot bij algemene maatregel van bestuur aangewezen diersoorten of diercategorieën».

Toelichting

Dit amendement regelt dat het verbod op het doden van dieren gaat gelden voor alle diersoorten die niet worden gedood voor bedrijfsmatige productie van dierlijke producten.

Op dit moment geldt het verbod om dieren buiten de veehouderij te doden slechts voor ganzen, honden en katten. Bij overige diersoorten is er pas sprake van een strafbaar feit als bewezen kan worden dat een dier hierbij heeft geleden. Daardoor blijft veel dierenmishandeling onbestraft. Dit is een zeer onwenselijke situatie.

Zo is het wel mogelijk om een dader te vervolgen die een nest jonge hondjes in een met stenen verzwaarde sporttas in de sloot gooit om de dieren te verdrinken. Maar wanneer ditzelfde gebeurt met een nest jonge cavia’s is het niet strafbaar, tenzij bewezen kan worden dat de dieren geleden hebben toen ze overleden. Hoewel dat niet onmogelijk is, maakt het vervolging nodeloos ingewikkeld en tijdrovend. In de praktijk betekent dat vrijwel altijd dat de dader vrijuit gaat.

Voor fokkers van gezelschapsdieren is het bovendien nog steeds mogelijk om gezonde dieren als cavia’s, hamsters of konijnen te doden als de dieren niet het gewenste kleur of geslacht hebben, waardoor ze tegen een minder hoge prijs verkocht kunnen worden. Het komt voor dat de hoofden van jonge dieren met een stoeptegel verbrijzeld worden of dat de dieren met zelfgemaakte cocktails van medicijnen en/of pijnstillers worden geïnjecteerd. Ook in deze gevallen kan pas tot vervolging van de dader worden overgegaan als kan worden bewezen dat de dieren geleden hebben. In de praktijk is dat een bijna onmogelijke opgave.

Dit amendement maakt effectief ingrijpen door handhavers eenvoudiger en zorgt ervoor dat dierenbeulen hun straf minder makkelijk ontlopen.

Wassenberg