Ontvangen 5 september 2019
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel I wordt artikel 134b als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt «anders dan in opdracht van de staat of een volkenrechtelijke organisatie,»
2. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
1a. Het eerste lid is niet van toepassing op de Nederlander handelende:
a. in opdracht is van de staat of een volkenrechtelijke organisatie;
b. als afgevaardigde van een onpartijdige humanitaire hulporganisatie; of
b. als journalist.
3. In het tweede lid wordt «eerste lid» vervangen door «eerste lid en lid 1a».
Indieners zijn van mening dat het toestemmingsvereiste onverenigbaar is met de noodzakelijke onafhankelijkheid en neutraliteit van professionele hulpverleners en journalisten. Indieners stellen daarom voor om bij toepassing van de strafbaarstelling een uitzondering te maken voor hulpverleners van humanitaire hulporganisaties (waarbij te denken valt aan medewerkers van het Rode Kruis, Artsen zonder Grenzen, Oxfam Novib e.d.) en voor journalisten. In landen die vergelijkbare wetgeving hebben geïntroduceerd (Australië en het Verenigd Koninkrijk) wordt in een vergelijkbare categorische uitzondering voorzien voor humanitaire activiteiten door onpartijdige humanitaire hulporganisaties. Daarnaast vallen dergelijke activiteiten buiten het toepassingsgebied van de Europese richtlijn inzake terrorismebestrijding (EU) 2017/541 van 15 maart 2017 (overweging 38). De term «journalist» wordt reeds gebruikt in artikel 218a van het Wetboek van Strafvordering en in de artikelen 29 en 30 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017, en heeft hier dezelfde betekenis.
Van den Berge Buitenweg