Voorgesteld 11 april 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er geen eenduidige richtlijnen zijn voor het uitvoeren van cosmetische ingrepen zoals ooglidcorrecties;
constaterende dat dit leidt tot een diversiteit aan kwaliteit van de ingreep en hygiënische vereisten van de behandelruimte;
constaterende dat er tevens onduidelijkheid is over vereisten van bevoegdheid en bekwaamheid voor het uitvoeren van cosmetische ingrepen;
verzoekt de regering, met de betrokken beroepsgroepen in gesprek te gaan met als doel om eenduidige richtlijnen voor het uitvoeren van cosmetische ingrepen af te spreken en de Kamer hierover voor het eind van 2019 te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van den Berg