Ontvangen 25 april 2018
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Na artikel II wordt een artikel ingevoegd, luidende:
De Algemene Kinderbijslagwet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 7aa van de Algemene Kinderbijslagwet vervalt.
B
Artikel 15, tweede lid, komt te luiden:
2. De verplichting van het eerste lid geldt niet indien die feiten en omstandigheden door de Sociale verzekeringsbank kunnen worden vastgesteld op grond van bij wettelijk voorschrift als authentiek aangemerkte gegevens of kunnen worden verkregen uit bij ministeriële regeling aan te wijzen administraties. Bij ministeriële regeling wordt bepaald voor welke gegevens dit onderdeel van toepassing is.
C
Artikel 25 vervalt.
Artikel 7aa van de Algemene Kinderbijslagwet bepaalt kort gezegd dat geen recht op kinderbijslag bestaat ten aanzien van minderjarigen die studiefinanciering ontvangen. Dit amendement beoogt die bepaling te laten vervallen.
Door de invoering van het leenstelsel is de financiële positie van minderjarige studenten ernstig verslechterd. Het vervallen van de kindregelingen wordt bij veel minderjarigen namelijk nauwelijks of helemaal niet meer gecompenseerd door het ontvangen van een beurs als gift. Door het wegvallen van de kindregelingen kan het nadeel oplopen tot ruim € 4.000. Dat is slecht voor de toegankelijkheid van het hoger onderwijs, juist voor minderjarigen. Er is ook sprake van ongerechtvaardigde ongelijke behandeling ten opzichte van leeftijdgenoten in het mbo: ouders van mbo’ers hebben namelijk wel recht op ondersteuning van de kindregelingen, terwijl de mbo’er bovendien zelf geen lesgeld verschuldigd is. Dit amendement verhelpt het probleem door de kindregelingen toe te passen op alle minderjarigen. Hiermee wordt onder meer voorkomen dat een havist ernstig nadeel ondervindt bij de keuze voor een passende vervolgopleiding in het hbo. In 2016 waren er ongeveer 22.500 minderjarige studenten ten aanzien waarvan geen recht op kinderbijslag bestond, omdat zij studiefinanciering ontvingen. Uitgaande van dat aantal zouden de kosten van dit amendement circa € 15 miljoen bedragen.
Bisschop Futselaar