Voorgesteld 14 februari 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat met de nota van wijziging bij het wetsvoorstel versterking strafrechtelijke aanpak terrorisme de voorlopige hechtenis zonder ernstige bezwaren voor een specifieke categorie verdachten van een zwaar terroristisch misdrijf wordt verlengd;
overwegende dat het gevangenhouden van een verdachte zonder ernstige bezwaren inbreuk op het recht op vrijheid betekent en hier uiterst terughoudend mee omgegaan dient te worden;
overwegende dat strafrechtelijk onderzoek naar personen die verdacht worden van het plegen van zware terroristische misdrijven in strijdgebieden in het buitenland, langere tijd in beslag kan nemen door moeizame bewijsvergaring in dergelijke gebieden;
constaterende dat met deze nota van wijziging enige ruimte wordt geboden om de betreffende maatregel ook toe te passen bij personen die verdacht worden van dezelfde zware misdrijven, maar die niet hebben verbleven, of van wie niet duidelijk is of zij eerder hebben verbleven in strijdgebieden in het buitenland;
overweegt dat toepassing bij verdachten van zware terroristische misdrijven die niet hebben verbleven in een strijdgebied in het buitenland slechts te billijken is, indien deze toepassing geschiedt in uitzonderlijke gevallen,
verzoekt de regering, het gebruik van deze maatregel in de praktijk derhalve kritisch te volgen en de Kamer hierover jaarlijks te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Verhoeven
Van Toorenburg
Van der Graaf
Arno Rutte