Vastgesteld 8 september 2017
De vaste commissie voor Economische Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen. Onder het voorbehoud dat de hierin gestelde vragen en gemaakte opmerkingen voldoende zullen zijn beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van het voorstel van wet genoegzaam voorbereid.
INHOUDSOPGAVE
I |
ALGEMEEN |
1 |
1. |
Doel en aanleiding |
1 |
2. |
Hoofdlijnen van het wetsvoorstel |
2 |
2.1. |
Verplichte verstrekking liggingsgegevens van aansluitleidingen. |
2 |
2.2. |
Registratie van netten en wijzigingen in liggingsgegevens |
2 |
2.3. |
Verstrekking van nadere informatie |
2 |
3. |
Uitvoerbaarheid |
2 |
3.1. |
Openbare consultatie |
2 |
4. |
Handhaving |
3 |
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel. Deze leden vinden het een goede ontwikkeling om naar aanleiding van de opgedane ervaringen in de praktijk en de evaluatie van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION)de effectiviteit te willen verhogen om op deze wijze de schade door graafwerkzaamheden zo veel mogelijk te beperken. Deze leden hebben hierbij de volgende vragen en opmerkingen.
De leden van de CDA-fractie lezen in de memorie van toelichting dat om onevenredig hoge kosten voor beheerders te vermijden, voorzien wordt in een gefaseerde invoering van de verplichting tot het digitaal in vectorformaat verstrekken van gegevens over aansluitleidingen. Zou de regering kunnen aangeven hoeveel procent van de liggingsgegevens van alle aansluitingen op dit moment al digitaal beschikbaar zijn? Wat is de verwachting wanneer gegevens over alle aansluitleidingen digitaal in vectorformaat beschikbaar zijn? Is de overgangstermijn tot en met 31 december 2027 niet wat lang voor liggingsgegevens van aansluitleidingen die betrekking hebben op telecomkabels, elektriciteits- en waterleidingen? Of verwacht de regering dat in deze periode veel nieuwe aanleg, renovatie of onderhoud plaatsvindt, waardoor liggingsgegevens eerder digitaal in vectorformaat worden vastgelegd omdat het in deze gevallen verplicht is dit te doen?
De leden van de CDA-fractie vragen of de opdrachtgever in het wetsvoorstel verplicht wordt tot het doen van een oriëntatiemelding en onderzoek om zo vroeg in het bouwproces duidelijkheid te krijgen over de aanwezigheid van kabels of leidingen in een toekomstig graaftracé. Ook vragen deze leden of het wetsvoorstel zorgt voor een verruiming van de informatieplicht van de netbeheerder, zodat de netbeheerder een actieve houding toont en snel reageert op vraag- en hulpverzoeken van een grondroerder bij de beoordeling van de ontvangen gebiedsinformatie.
De leden van de CDA-fractie lezen dat in het wetsvoorstel wordt bepaald dat als een grondroerder of opdrachtgever naast de reeds ontvangen gebiedsinformatie aanvullende informatie nodig heeft voor een zorgvuldige voorbereiding of uitvoering van de graafwerkzaamheden de beheerder dit onverwijld, doch uiterlijk binnen drie dagen na het verzoek, moet worden verstrekt. Deze leden vragen of dit een reële termijn is voor de beheerder om aan te voldoen.
Zij lezen verder dat dit voorstel aansluit bij maatregelen zoals beheerders en grondroerders hebben uitgewerkt in de sectorrichtlijn. Zou de regering kunnen toelichten bij welke maatregelen dit precies aansluit?
De leden van de VVD-fractie vragen op welke termijn de verkenning van een lastenverlichting voor bedrijven die uitsluitend graafwerkzaamheden verrichten op het eigen terrein wordt verwacht. Hoe wordt er omgegaan met gedeelde terreinen, zoals Chemelot? Welke mogelijkheden ziet de regering om een goede balans te vinden tussen veiligheid en lastenverlichting?
De leden van de CDA-fractie lezen in de memorie van toelichting dat de lasten van het verplicht aangegeven van de diepteligging van een kabel of leiding niet opwegen tegen de voordelen daarvan en daarom de suggestie om diepteligging van een kabel of leiding onderdeel te laten zijn van de liggingsgegevens niet is overgenomen. Deze leden vragen waarom deze lasten zo hoog zijn. Daarnaast vragen zij of op een andere manier het mogelijk zou kunnen worden meer te weten te komen over (afwijkende) diepteligging, naast het maken van onderlinge afspraken.
Verder lezen de leden van de CDA-fractie dat enkele partijen, waaronder VNO-NCW, hebben aangegeven dat de wettekst geen rekening houdt met grote bedrijven, meestal uit de chemiesector, die één of meer netten op hun eigen terrein bezitten of beheren en op dat terrein uitsluitend zelf graafwerkzaamheden te verrichten. De regering geeft aan dat naar aanleiding hiervan met vertegenwoordigers van de betrokken sectoren is afgesproken om dit punt te verkennen. Wat is hier uitgekomen?
De leden van de CDA-fractie vragen op welke manier de ambtenaren van het Agentschap Telecom, die zijn aangewezen om toezicht te houden op de naleving van de bepalingen uit de wet, het toezicht gaan inrichten en hoe dit in de praktijk precies in zijn werk zal gaan.
De fungerend voorzitter van de commissie, Ziengs
De griffier van de commissie, Nava