Kamerstuk 34588-65

Gewijzigd amendement van het lid Verhoeven c.s. ter vervanging van nr. 49 over de bescherming van de journalistieke bron

Dossier: Regels met betrekking tot de inlichtingen- en veiligheidsdiensten alsmede wijziging van enkele wetten (Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 20..)


27,3 %
72,7 %

Monasch

Klein

GL

Van Vliet

PvdD

PvdA

SGP

PVV

GrKÖ

SP

GrBvK

Houwers

CU

50PLUS

CDA

D66

VVD


Nr. 65 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VERHOEVEN C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 49

Ontvangen 13 februari 2017

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel 27, tweede lid, eerste volzin, wordt na «op de vertrouwelijke communicatie tussen een advocaat en diens cliënt» ingevoegd «of op de identiteit van een bron van een journalist», wordt voor «verkregen zijn door» ingevoegd «die» en wordt «artikel 30, derde lid» vervangen door: artikel 30, derde onderscheidenlijk tweede lid.

II

In artikel 30, tweede lid, vervalt: ter openbaarmaking.

Toelichting

In haar zienswijze bij het wetsvoorstel merkte de CTIVD op dat het wetsvoorstel geen specifieke regels bevat voor het verwerken en vernietigen van gegevens die betrekking hebben op de identiteit van een bron van de journalist en die verkregen zijn door de uitoefening van een bijzondere bevoegdheid. Dat wordt met de wijziging van artikel 27 rechtgezet. Gegevens die betrekking hebben op de identiteit van een bron van een journalist en die verkregen zijn door de uitoefening van een bijzondere bevoegdheid worden, evenals gegevens die betrekking hebben op de vertrouwelijke communicatie tussen een advocaat en diens cliënt, in principe terstond vernietigd. Zonder die toevoeging zou de bescherming van de journalistieke bron immers niet compleet zijn.

Daarnaast neemt dit amendement een tekortkoming weg in het definiëren van degenen die als bron van een journalist beschermd worden. Net als in het wetsvoorstel Invoering onafhankelijke bindende toets voorafgaand aan op het achterhalen van bronnen van journalisten gerichte inzet van bijzondere bevoegdheden (Kamerstukken II 2014/15, 34 027), wordt namelijk in de definitie van bron afgeweken van hetgeen het EHRM daarover zegt: «any person who provides information to a journalist». In de definitie hoort dus niet thuis dat de informatie verstrekt is onder de voorwaarde dat dit anoniem geschiedt (zoals wel was opgenomen in het voornoemde wetsvoorstel) en evenmin dat het verstrekken van de informatie gericht was op openbaarmaking. Ook wanneer de informatie slechts ter achtergrond verleend is, moet een bron beschermd worden. Daartoe wordt in artikel 30 «ter openbaarmaking» geschrapt.

Verhoeven Van Raak Voortman