Voorgesteld 23 november 2016
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat gemeenten van het Rijk structureel middelen ontvangen voor de financiering van beschutwerkplekken;
overwegende dat de door de regering beschikbaar gestelde middelen voor de bonus beschut werk tijdelijk zijn, namelijk tot en met 2020;
constaterende dat er door gemeenten vraagtekens worden gezet of de structurele middelen op langere termijn toereikend zijn, zeker nadat de bonus beschut werk wegvalt;
verzoekt de regering, bij de evaluatie van de desbetreffende artikelen van de Participatiewet in 2019 tevens te rapporteren of de beschikbare middelen en kosten per beschutwerkplek overeenkomen, of de totaal beschikbare middelen toereikend zijn en wat de verwachte ontwikkeling van de kosten van de uitvoering van beschut werk als bedoeld in artikel 10b is, en daarna daar jaarlijks over te rapporteren aan de Tweede Kamer,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voortman