Voorgesteld 13 april 2017
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
vaststellende dat het van groot belang is dat vuurwapens en munitie alleen in handen kunnen komen en zijn van diegenen van wie vaststaat dat zij kunnen omgaan met de vergaande verantwoordelijkheid die het vuurwapenbezit met zich brengt;
overwegende dat een verplichte psychiatrische opname een reden is om aan een persoon geen toestemming te verlenen een vuurwapen te bezitten en/of te gebruiken;
overwegende dat het daarom van belang is kennis te hebben van het feit of een patiënt gedwongen psychiatrisch opgenomen is geweest en deze informatie dus gedurende zeer geruime tijd beschikbaar moet blijven;
roept de regering op, er zorg voor te dragen dat indien een persoon gedurende de periode dat aan hem toestemming is verleend een vuurwapen te bezitten en/of te gebruiken verplicht wordt opgenomen in het kader van de Wet BOPZ, dit onverwijld leidt tot het intrekken van die toestemming;
roept de regering daarnaast op om, indien het wetsvoorstel verplichte geestelijke gezondheidszorg niet wordt aanvaard door de Eerste Kamer, te bezien of de bewaartermijn voor BOPZ-gegevens kan worden aangepast, zodat deze altijd kunnen worden gebruikt voor de toepassing van de Wet wapens en munitie,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Oosten