Ontvangen 5 oktober 2016
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Aan artikel 7.35, tweede lid, wordt na «van overeenkomstige toepassing» toegevoegd:, voor zover het onderzoek bij eerstgenoemde vennootschappen naar het oordeel van de Algemene Rekenkamer daartoe aanleiding geeft.
De bevoegdheid van de Algemene Rekenkamer om een onderzoek uit te voeren bij dochter- en kleindochtervennootschappen die voor 100% in handen zijn van een vennootschap waarvan de Staat het vastgestelde percentage van de aandelen bezit, wordt met dit amendement «getrapt» gegeven, dus als er geen of onvoldoende duidelijkheid is te krijgen bij de moedermaatschappij. Eerst moet de Algemene Rekenkamer dus bij de moedermaatschappij kijken of de benodigde informatie op te halen is. Om zo het werk bij de (klein-)dochtermaatschappijen te beperken.
Aukje de Vries