Gepubliceerd: 15 mei 2015
Indiener(s): Jeroen Dijsselbloem (minister financiƫn) (PvdA)
Onderwerpen: financieel toezicht financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34204-2.html
ID: 34204-2

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is regels te stellen ter uitvoering van verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PbEU 2014, L 257);

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op het financieel toezicht wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 1:1 wordt in de alfabetische volgorde een definitie ingevoegd, luidende:

verordening centrale effectenbewaarinstellingen:

verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PbEU 2014, L 257);.

B

Artikel 1:3a, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. De artikelen 1:75 en 1:76 zijn van overeenkomstige toepassing op de uitvoering en handhaving van de regels die zijn gesteld bij of krachtens de verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PbEU 2012, L 201) en de verordening centrale effectenbewaarinstellingen.

C

De aanhef van artikel 1:80a komt te luiden:

De toezichthouder kan aan de houder van een vergunning voor het uitoefenen van het bedrijf van bank als bedoeld in artikel 2:11, van een vergunning voor het verlenen van beleggingsdiensten of het verrichten van beleggingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2:99, of van een vergunning voor het uitoefenen van het bedrijf van centrale effectenbewaarinstelling in de zin van de verordening centrale effectenbewaarinstellingen, een boete opleggen van de derde categorie, bedoeld in artikel 1:81, tweede lid, indien de vergunninghouder bij de aanvraag van de vergunning:.

D

Artikel 1:81 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het vierde tot en met zevende lid tot vijfde tot en met achtste lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. In afwijking van het eerste en tweede lid kan de toezichthouder de hoogte van de bestuurlijke boete voor een overtreding, indien deze wordt opgelegd aan een centrale effectenbewaarinstelling of aangewezen kredietinstelling in de zin van de verordening centrale effectenbewaarinstellingen, vaststellen op ten hoogste € 5.000.000 of, indien de centrale effectenbewaarinstelling of aangewezen kredietinstelling een rechtspersoon is, op ten hoogste € 20.000.000 of, indien dat meer is, ten hoogste 10% van de omzet in het voorafgaande boekjaar.

2. In het zesde lid (nieuw) wordt «derde lid» vervangen door: derde en vierde lid.

3. In het achtste lid (nieuw) wordt na «€ 2 000 000» ingevoegd: of indien deze wordt opgelegd aan een centrale effectenbewaarinstelling of aangewezen kredietinstelling in de zin van de verordening centrale effectenbewaarinstellingen op ten hoogste twee keer het bedrag van het voordeel dat de overtreder door de overtreding heeft verkregen.

E

Artikel 1:87 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het tweede lid tot vierde lid worden twee leden ingevoegd, luidende:

  • 2. Indien een centrale effectenbewaarinstelling of aangewezen kredietinstelling in de zin van de verordening centrale effectenbewaarinstellingen een overtreding begaat van een voorschrift, gesteld bij of krachtens die verordening, en die overtreding is gerangschikt in de derde boetecategorie, bedoeld in artikel 1:81, tweede lid, kan de toezichthouder aan natuurlijke personen die de overtreding hebben begaan dan wel, indien de overtreding is begaan door een rechtspersoon, tot de betrokken gedraging opdracht hebben gegeven of daar feitelijk leiding aan hebben gegeven, de bevoegdheid ontzeggen om leidinggevende functies uit te oefenen bij centrale effectenbewaarinstellingen of aangewezen kredietinstellingen als hiervoor bedoeld. De ontzegging wordt opgelegd voor de duur van ten hoogste een jaar en kan eenmaal met ten hoogste een jaar verlengd worden.

  • 3. De toezichthouder kan de ontzegging, bedoeld in het tweede lid, voor onbepaalde tijd opleggen indien ten tijde van het plegen van de overtreding nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert het opleggen van een bestuurlijke sanctie ter zake van eenzelfde overtreding aan de persoon aan wie de ontzegging wordt opgelegd.

2. In het vierde lid (nieuw) wordt «eerste lid» vervangen door: eerste, tweede en derde lid.

F

Artikel 1:94, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Onverminderd het eerste lid kan een openbare waarschuwing worden uitgevaardigd ter zake van:

    • a. een overtreding als bedoeld in artikel 1:80a of van overtreding van een voorschrift, gesteld bij of krachtens het Deel Prudentieel toezicht financiële ondernemingen of de verordening kapitaalvereisten, indien die overtreding is gerangschikt in de derde boetecategorie, bedoeld in artikel 1:81, tweede lid, en is begaan door een bank of een beleggingsonderneming in de zin van de verordening kapitaalvereisten; of

    • b. een overtreding van een voorschrift, gesteld bij of krachtens de verordening centrale effectenbewaarinstellingen en die overtreding is begaan door een centrale effectenbewaarinstelling of aangewezen kredietinstelling in de zin van die verordening.

G

In artikel 3:28a wordt onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Een centrale effectenbewaarinstelling als bedoeld in de verordening centrale effectenbewaarinstellingen geeft de Nederlandsche Bank schriftelijk kennis van het voornemen tot een substantiële wijziging van de wijze waarop zij uitvoering geeft aan de artikelen 39 tot en met 47, 54, en 59 van die verordening.

H

Na artikel 4:14 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:14a

Een centrale effectenbewaarinstelling als bedoeld in de verordening centrale effectenbewaarinstellingen beschikt over passende procedures voor het melden van inbreuken, bedoeld in artikel 65 van die verordening.

I

In artikel 4:27a wordt onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Een centrale effectenbewaarinstelling als bedoeld in de verordening centrale effectenbewaarinstellingen geeft de Autoriteit Financiële Markten schriftelijk kennis van het voornemen tot een substantiële wijziging van de wijze waarop zij uitvoering geeft aan de artikelen 26 tot en met 38 en 48 tot en met 53 van die verordening.

ARTIKEL II

De Wet bekostiging financieel toezicht wordt gewijzigd als volgt:

A

Bijlage I, onderdeel »Toezichthouder: AFM», wordt gewijzigd als volgt:

1. Na de eenmalige toezichthandeling met de code EU.A1.01 wordt een eenmalige toezichthandeling ingevoegd, luidende:

 

EU.A1.02

De behandeling van een aanvraag tot verlening van een vergunning als bedoeld in artikel 16, eerste lid, of artikel 19, eerste lid, van verordening (EU) nr. 909/2014 (centrale effectenbewaarinstellingen)

€ 175 per uur dat de AFM werkzaamheden verricht met een maximum van € 150 000

2. Na de eenmalige toezichthandeling met de code EU.A2.01 wordt een eenmalige toezichthandeling ingevoegd, luidende:

 

EU.A2.02

De behandeling van een aanvraag van een wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 16, eerste lid, of artikel 19, eerste lid, van verordening (EU) nr. 909/2014 (centrale effectenbewaarinstellingen)

€ 175 per uur dat de AFM werkzaamheden verricht met een maximum van € 150 000

3. In de beschrijving van Onderdeel EU.A7: toetsing persoon in combinatie met een aanvraag/wijziging vergunning vervalt de zinsnede «EU.A7.01 en EU.A7.02».

4. Na de eenmalige toezichthandeling met de code EU.A7.02 wordt een eenmalige toezichthandeling ingevoegd, luidende:

 

EU.A7.03

De toetsing van de geschiktheid van een lid van een leidinggevend orgaan als bedoeld in artikel 27, vierde lid, van verordening (EU) nr. 909/2014 (centrale effectenbewaarinstellingen)

€ 1 500

5. In de beschrijving van Onderdeel EU.A8: toetsing persoon niet in combinatie met een aanvraag/wijziging vergunning vervalt de zinsnede «EU.A8.01 en UE.A8.02».

6. Na de eenmalige toezichthandeling met de code EU.A8.02 wordt een eenmalige toezichthandeling ingevoegd, luidende:

 

EU.A8.03

De toetsing van de betrouwbaarheid van een lid van een leidinggevend orgaan als bedoeld in artikel 27, vierde lid, van verordening (EU) nr. 909/2014 (centrale effectenbewaarinstellingen)

€ 1 000

ARTIKEL III

De Faillissementswet wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 212a, onderdeel b, 2° wordt «de Commissie van de Europese Gemeenschappen» vervangen door: de Europese Autoriteit voor effecten en markten.

ARTIKEL IV

In artikel 1 van bijlage 2 van de Algemene wet bestuursrecht wordt de zinsnede met betrekking tot de Wet op het financieel toezicht gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel a komt te luiden:

  • a. een bindende aanbeveling van een toezichthouder aan de andere toezichthouder

2. Onderdeel c wordt geletterd d.

3. Er wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • c. de artikelen 3:159h, eerste lid, en 3:159u

ARTIKEL V

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL VI

Deze wet wordt aangehaald als: Wet uitvoering verordening centrale effectenbewaarinstellingen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Financiën,