Ontvangen 27 september 2016
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel XLIIIa wordt «artikel III» vervangen door «de artikelen I en III» en wordt voor de punt aan het slot ingevoegd: alsmede van de mogelijkheid van beëindiging van de tenuitvoerlegging van geldboeten waarvoor geen gratie kan worden verleend indien met de voorzetting daarvan geen redelijk doel wordt gediend.
Onderhavig wetsvoorstel wordt binnen drie jaar na inwerkingtreding geëvalueerd, specifiek ten aanzien van de mogelijkheid van betaling in termijnen van administratieve sancties op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften. Indieners willen aan deze evaluatie toevoegen een verslag over de doeltreffendheid en de effecten in de praktijk van de mogelijkheid om de tenuitvoerlegging van geldboeten waarvoor geen gratie kan worden verleend – zoals onherroepelijke geldboetevonnissen onder de € 340 – te beëindigen indien met de voorzetting daarvan geen redelijk doel wordt gediend. De regering stelt dat in uitzonderlijke situaties met de tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing geen redelijk doel meer wordt gediend en dat daarom deze boete kan vervallen. Indieners willen met een wetsevaluatie toetsen of het in de praktijk ook bij uitzonderlijke situaties blijft waarin geen redelijk doel meer wordt gediend, alsmede of, zoals de regering stelt, deze mogelijkheid de algemene en speciale preventie bevordert en geen sterk juridiserend effect zal hebben (p. 27, nota naar aanleiding van het verslag).
Van Toorenburg Van Oosten