Ontvangen 15 april 2015
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt na onderdeel D een onderdeel ingevoegd, luidende:
Da
In artikel 16 wordt na «gedeputeerde staten van de provincie» ingevoegd: alsmede het college van burgemeester en wethouders van de gemeente van het gebied.
II
In artikel I wordt na onderdeel G een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ga
Onder vernummering van het vijfde tot zesde lid wordt in artikel 34 een lid ingevoegd, luidende:
5. Voordat Onze Minister instemming verleent met een winningsplan worden gedeputeerde staten van de provincie alsmede het college van burgemeester en wethouders van de gemeente van het gebied waarop het winningsplan betrekking heeft in de gelegenheid gesteld binnen een door Onze Minister te stellen redelijke termijn advies uit te brengen over het winningsplan.
Dit amendement regelt dat de provincies en gemeenten een adviesrecht krijgen bij het winningsplan. De provincies hebben nu een adviespositie bij het verlenen van mijnbouwvergunningen. Bij het winningsplan is dat nog echter niet het geval. Dit winningsplan is belangrijk, omdat daarin o.a. het tempo wordt geregeld waarin het gas gewonnen wordt. Tijdens een AO op 9 april 2015 heeft de Minister aangekondigd de positie van gemeenten en provincies te versterken bij het winningsplan. Dit is ook conform de aanbevelingen van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid in het rapport over de gaswinning in Groningen. De OVV heeft geadviseerd om de provincie en gemeenten een grotere rol te geven bij de besluitvorming over de gaswinning.
Wetstechnisch is dit amendement vormgegeven door in de Mijnbouwwet artikel 16 te wijzigen en een nieuw vijfde lid in artikel 34 in te voegen.
Jan Vos