Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een vast college van advies van het Rijk in te stellen op het terrein van volksgezondheid en samenleving en dat het in verband met artikel 79 van de Grondwet en in samenhang met de Kaderwet adviescolleges noodzakelijk is daartoe wettelijke bepalingen vast te stellen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
1. Er is een Raad voor volksgezondheid en samenleving.
2. De Raad bestaat uit een voorzitter en ten hoogste acht andere leden.
De Raad heeft tot taak de regering en de beide kamers der Staten-Generaal te adviseren over het te voeren beleid op het gebied van volksgezondheid en samenleving waarbij alle aspecten die van invloed zijn op de volksgezondheid en het functioneren van burgers in de samenleving worden betrokken, met bijzondere aandacht voor de rol van de decentrale overheden en veranderingen in het aanbod van zorg en welzijn.
De Wet op de Raad voor de volksgezondheid en zorg en de Wet op de Raad voor maatschappelijke ontwikkeling worden ingetrokken.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
De Minister voor Wonen en Rijksdienst,