Kamerstuk 33996-11

Amendement van de leden Van Wijngaarden en Mei Li Vos dat vergunninghouders van sportweddenschappen verplicht om informatie over verdachte gokpatronen te melden aan de Kansspelautoriteit

Dossier: Wijziging van de Wet op de kansspelen, de Wet op de kansspelbelasting en enkele andere wetten in verband met het organiseren van kansspelen op afstand

Gepubliceerd: 23 november 2015
Indiener(s): Jeroen van Wijngaarden (VVD), Mei Li Vos (PvdA)
Onderwerpen: financieel toezicht financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33996-11.html
ID: 33996-11

98,7 %
0,0 %

Houwers

Van Vliet

GL

PvdA

D66

CDA

GrBvK

VVD

GrKÖ

50PLUS

CU

SGP

PvdD

SP

Klein

PVV


Nr. 11 AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN WIJNGAARDEN EN MEI LI VOS

Ontvangen 23 november 2015

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel F, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder de aanduiding F wordt ingevoegd: Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:.

2. In de bestaande tekst wordt «Aan artikel 21, tweede lid,» vervangen door: 1. Aan het tweede lid.

3. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

2. Na het tweede lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. De houder van een ingevolge artikel 16 verleende vergunning is verplicht informatie over verdachte gokpatronen bij de kansspelautoriteit te melden. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over hetgeen onder informatie over verdachte gokpatronen wordt verstaan en over de wijze waarop de melding aan de kansspelautoriteit moet plaatsvinden.

II

Artikel I, onderdeel G, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder de aanduiding G wordt ingevoegd: Artikel 25 wordt als volgt gewijzigd:.

2. In de bestaande tekst wordt «Aan artikel 25, tweede lid,» vervangen door: 1. Aan het tweede lid.

3. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

2. Na het derde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. De houder van een ingevolge artikel 24 verleende vergunning is verplicht informatie over verdachte gokpatronen bij de kansspelautoriteit te melden. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over hetgeen onder informatie over verdachte gokpatronen wordt verstaan en over de wijze waarop de melding aan de kansspelautoriteit moet plaatsvinden.

III

In artikel I, onderdeel P, wordt aan artikel 31k een lid toegevoegd, luidende:

  • 6. De houder van een ingevolge artikel 31a verleende vergunning is verplicht informatie over verdachte gokpatronen bij de kansspelautoriteit te melden. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over hetgeen onder informatie over verdachte gokpatronen wordt verstaan en over de wijze waarop de melding aan de kansspelautoriteit moet plaatsvinden.

IV

Aan artikel I, onderdeel Q, wordt na onderdeel 3 een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • 4. «alsmede de handhaving daarvan» wordt vervangen door: de handhaving daarvan, alsmede het tegengaan en beperken van manipulatie met sportwedstrijden, voor zover deze betrekking heeft op sportwedstrijden waarvoor op grond van titel III, titel IV dan wel titel Vb van deze wet vergunning is verleend tot het organiseren van kansspelen.

Toelichting

Teneinde matchfixing en andere vormen van sportmanipulatie te voorkomen verplicht dit amendement vergunninghouders om informatie over verdachte gokpatronen te melden bij de kansspelautoriteit (hierna: KSA) (onderdelen I-III); bij het niet voldoen aan die verplichting kan een bestuurlijke boete opgelegd worden (art. 35a, lid 1, jo. artt. 21, 25 en 31k). De in dit amendement bedoelde meldplicht heeft tot doel de informatie-uitwisseling over verdachte gokpatronen tussen de KSA, vergunninghouders en de sport te versterken en houdt mede in dat de KSA ook zelf informatie kan opvragen bij online-aanbieders omtrent spelers die op eigen wedstrijden gokken. Tevens wordt de taak van de KSA uitgebreid tot het tegengaan en beperken van matchfixing bij die sportwedstrijden waarvoor een vergunning is verleend voor het organiseren van kansspelen (onderdeel IV).

Om matchfixing tijdig te herkennen en te voorkomen, is het van belang om kennis en inlichtingen van vergunninghouders en de sportwereld bij de KSA te bundelen in een Sports Betting Intelligence Unit, die een onderdeel is van de KSA. Het Verenigd Koninkrijk heeft hier reeds ervaring mee. Het Openbaar Ministerie (hierna: OM) heeft de bevoegdheid matchfixing te vervolgen, mede op basis van de via de KSA verkregen inlichtingen. Het ligt dan ook voor de hand dat de KSA een verdenking van matchfixing voorlegt aan het Nationaal Platform Matchfixing waaraan onder andere het OM en de KSA deelnemen. Artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht regelt de strafbaarstelling van oplichting en bevat een strafbedreiging van ten hoogste vier jaren of een geldboete van de vijfde categorie. Gezien het feit dat er een gevangenisstraf van vier jaren opgelegd kan worden, is bij verdenking van matchfixing voorlopige hechtenis mogelijk en kunnen tevens de bijzondere bevoegdheden tot opsporing in de titels IVA en V van het Wetboek van Strafvordering worden ingezet. Voor het niet nakomen van de hier bedoelde meldplicht kan de KSA een bestuurlijke boete opleggen. Dit wordt geregeld in artikel 35a, eerste lid, van de Wet op de kansspelen (hierna: de Wok).

Als bekend is dat topsporters en topvoetballers, in strijd met de regels van de sport zelf, toch gokken op wedstrijden uit de eigen competitie is het van belang dat de Sports Betting Intelligence Unit hierover wordt geïnformeerd en dat de sportbonden waar nodig tuchtrechtelijke maatregelen treffen, zoals een tijdelijke schorsing of uitsluiting van competitie. Hier ligt een verantwoordelijkheid voor de sport zelf. Indien de KSA informatie verkrijgt over een verdacht gokpatroon rondom een bepaalde wedstrijd informeert de KSA de relevante sportbond hierover. Dit vloeit voort uit de taak van de KSA, die met dit amendement (onderdeel IV) wordt uitgebreid tot het tegengaan van matchfixing. Indien gegevens over verdachte gokpatronen (tevens) justitiële of strafvorderlijke gegevens zijn, dan is verstrekking ten behoeve van de noodzaak tot rechtspositionele of tuchtrechtelijke maatregelen mogelijk op basis van artikel 39f, eerste lid, onder e, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg).1 Het ligt in de rede dat de sportbonden en het OM hierover onderling afspraken maken, en dat zo nodig de Aanwijzing van het College van procureurs-generaal uit 2013 over het verstrekken van strafvorderlijke gegevens wordt aangepast.

Wetstechnisch is dit amendement vormgegeven door opname van een verplichting tot het melden van informatie over verdachte gokpatronen voor vergunninghouders die kansspelen met betrekking tot sportuitslagen aanbieden. Deze verplichtingen zijn opgenomen in artikel 21 (de toto), in artikel 25 (de totalisator voor de paardensport) en in artikel 31k (kansspelen op afstand). Voorts wordt het tegengaan van manipulatie van sportwedstrijden (matchfixing) opgenomen in de taakomschrijving van de KSA in artikel 33a van de Wok.

Van Wijngaarden Mei Li Vos